Alliander: klachtenregen zonnestroom door overspannen stroomnet

Niet alleen bedrijven, maar ook consumenten ondervinden steeds vaker hinder van de pijnpunten bij de energietransitie. Zo komt het steeds vaker voor dat ze hun opgewekte zonnestroom kortstondig niet kunnen terugleveren aan het stroomnet, waarschuwt netbeheerder Alliander.

Het aantal klachten hierover verdrievoudigde in de eerste helft van dit jaar tot 3300 vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. “Het elektriciteitsnet in de woonwijk loopt op piekmomenten steeds meer tegen grenzen aan”, stelt de netbeheerder. Bedrijven hebben al langer last van oplopende wachttijden voor een nieuwe of grotere aansluiting op het elektriciteitsnet. Ook projectontwikkelaars die woningen willen bouwen en woningcorporaties die huizen willen verduurzamen merken steeds meer de gevolgen van de drukte op het net. Alliander voerde de investeringen in de uitbreiding van het gas- en elektriciteitsnet in het eerste halfjaar op met 62 miljoen euro tot 641 miljoen euro. Desondanks is het volgens de onderneming ‘onmogelijk om het tempo van de energietransitie bij te houden’.

Net loopt in steeds meer gebieden vol

Netbeheerders waarschuwen al langer dat het elektriciteitsnet in Nederland de massale overstap naar zonnepanelen niet aankan. Door de energietransitie en de grotere vraag naar elektriciteit bij bedrijven, doordat ze moeten overstappen van gas naar stroom, loopt het net in steeds meer gebieden in het land vol. Gemiddeld kregen netbeheerders in de eerste helft van dit jaar twee tot drie keer vaker klachten over het stroomnet vergeleken met een jaar eerder, laat Netbeheerder Nederland weten. De klachten gaan volgens een woordvoerder onder meer over het niet kunnen terugleveren. Ook Enexis, netbeheerder in Noord-Brabant, Limburg, Groningen, Drenthe en Overijssel, ziet dat het aantal klachten van consumenten op het laagspanningsnet is verdriedubbeld. Afgelopen januari tot en met juni waren er zo’n 500 storingen door overbelasting, meldde Enexis onlangs. In heel 2022 waren er 267 storingen.

 

 

Hoofdpijndossier

Een woordvoerder van demissionair energieminister Rob Jetten, noemt de overvolle stroomnetten een ‘hoofdpijndossier’ voor de energietransitie. Volgens hem wordt ‘keihard gewerkt’ om de problemen zoveel mogelijk op te lossen. Toch is Den Haag niet van plan om een rem te zetten op de explosieve groei van zonnepanelen. “De groei van zonne-energie is positief, alleen: je moet wel iets met het probleem van het volle stroomnet. Dus daar is wel veel aandacht voor.”

Bron: ANP

Column Ronald Huisman: Verduurzaming gaat verder dan alleen zonnepanelen

“Netwerken kunnen het aanbod van groene stroom niet aan.” Een bericht dat regelmatig in de media verschijnt. Het valt me altijd weer op. We zijn al even bezig met de energietransitie, dit hadden we toch wel kunnen voorzien?

Maar ergens is het toch weer niet zo opzienbarend. Het verbaast me juist hoe eenzijdig men denkt als het gaat om de energietransitie. “Meer zon, meer wind.” is het credo. Maar daarmee alleen redden we het niet. We hebben zonnepanelen op daken liggen. Die produceren allemaal electriciteit op min of meer hetzelfde moment in een klein land als Nederland. Ook op momenten wanneer er geen vraag naar die stroom is. Wat hebben we aan duurzame energie als er geen vraag naar is? In plaats van een eenzijdige blik, kun je de energiemarkt beter zien als een economisch systeem. Net zoals bij andere goederen bepalen aanbod, vraag, opslag en transport de werking van de energiemarkt. Het probleem van duurzame energiebronnen is dat ze niet meer produceren als er meer vraag naar stroom is. Windmolens produceren alleen meer als het harder waait. We denken niet aan het aanbod van duurzame energie als we het licht aanzetten. Maar dat zouden we wel moeten doen. Zet de wasmachine aan als de zon schijnt en gebruik koelinstallaties als het hard waait.

Een goed werkende energiemarkt is flexibel genoeg om zich aan te passen aan het variabele aanbod van elektriciteit uit duurzame bronnen. Consumenten passen hun vraag aan op het aanbod van duurzame energie. En als we het niet consumeren, dan slaan we het op. Zonne-energie op kerstavond. Die richting moeten we op! Dit betekent dat het verduurzamen van vastgoed verder gaat dan alleen het plaatsen van zonnepanelen. We moeten tegelijkertijd investeren in opslag en variabele energieconsumptie. Over opslag en batterijen hoor je steeds meer, maar informatieverstrekking over variabele consumptie blijft nog achter. Als in de openbare ruimte van een gebouw verkoeling en verwarming aangestuurd worden op basis van het aanbod van stroom uit wind en zon, dan wordt overtollige elektriciteit goed gebruikt. Dit is net zo belangrijk als het investeren in zonnepanelen zelf. Waarom levert men tegenwoordig een rij huizen op met zonnepanelen terwijl er geen centrale batterij is die de overbodige stroom in de straat opvangt?

Dat brengt me dan weer bij de vierde variabele: transport. Zolang er berichten verschijnen dat de netwerken het niet aankunnen, betekent dit niet alleen dat we meer moeten investeren in die netwerken. Het betekent juist dat we meer moeten investeren in opslag en variabele consumptie. Verduurzaming gaat verder dan alleen zonnepanelen.

 

Nieuw in ons magazine: een column van universitair hoofddocent Ronald Huisman, expert in impact investing, sustainable finance and investing aan de Erasmus School of Economics

Terugleverbeperking: gebieden waar je je stroom niet kwijt kunt

PGGM project Strukton Worksphere

Terugleverbeperkingen zijn situaties waarin een huiseigenaar of bedrijf met zonnepanelen hun overtollige opgewekte elektriciteit niet op het elektriciteitsnet kan terugleveren. Deze beperkingen kunnen voorkomen in gebieden waar het stroomnetwerk niet voldoende capaciteit heeft om de extra energie van lokale zonnepanelen te verwerken.

Er zijn verschillende redenen waarom terugleverbeperkingen kunnen optreden:

  1. Netwerkcapaciteit: Als er in een bepaald gebied veel zonnepanelen zijn geïnstalleerd, kan de hoeveelheid teruggeleverde elektriciteit het lokale distributienetwerk overbelasten. Dit kan leiden tot technische problemen en storingen.
  2. Spanningsproblemen: Een overvloed aan teruggeleverde elektriciteit kan ook spanningsschommelingen veroorzaken in het elektriciteitsnetwerk, wat nadelige gevolgen kan hebben voor aangesloten elektrische apparaten en de betrouwbaarheid van het netwerk.
  3. Infrastructuurbeperkingen: In sommige gevallen kan de bestaande infrastructuur van het elektriciteitsnetwerk niet geschikt zijn om de extra elektriciteit van zonnepanelen te verwerken. Het upgraden van het netwerk kan kostbaar en tijdrovend zijn.
  4. Lokale regelgeving: In sommige gevallen kunnen lokale regelgevingen of beperkingen de teruglevering van elektriciteit beperken om technische problemen of andere zorgen te voorkomen.

Wanneer terugleverbeperkingen van toepassing zijn, kunnen huiseigenaren of bedrijven met zonnepanelen mogelijk nog steeds profiteren van lagere elektriciteitskosten door hun eigen opgewekte energie lokaal te gebruiken. Het kan echter betekenen dat ze niet kunnen profiteren van terugleververgoedingen of dat ze moeten zoeken naar andere manieren om hun overtollige energie te benutten, zoals het opslaan van de energie in batterijen.

Bron: Volkskrant

Het is essentieel om bij de installatie van zonnepanelen contact op te nemen met de lokale netbeheerder om te begrijpen of er eventuele terugleverbeperkingen zijn in het specifieke gebied. De netbeheerder kan voorzien in de meest actuele informatie over de status van het elektriciteitsnetwerk en eventuele beperkingen waarmee men rekening moet houden.

 

Bouwinvest gaat 63 appartementencomplexen uitrusten met slimme batterijsystemen van iwell

Vastgoedbelegger Bouwinvest Real Estate Investors heeft voor haar driehonderd woningcomplexen en zichzelf een forse milieudoelstelling opgelegd. Volgens Eric-Jan Dekkers, Manager Technical Management bij het Residential Fund van Bouwinvest, moeten alle 19.000 woningen in die complexen al in 2045 volledig Paris Proof zijn. Daar moeten nog veel maatregelen voor uitgevoerd worden. Voor dit jaar ligt de focus onder andere op 63 appartementencomplexen, waar AC-laders voor elektrische auto’s geplaatst gaan worden. ‘De batterij-systemen van iwell lossen het probleem op, dat aan de ene kant de vraag naar opladen enorm toeneemt, terwijl aan de andere kant de netcongestie het niet toelaat om grotere vermogens mogelijk te maken.’

De batterijsystemen van iwell worden overdag opgeladen met ingekochte, duurzaam opgewekte zonne-energie. ’s Nachts, als het flink waait, gebeurt hetzelfde met windenergie. De slimme systemen kijken dan naar het aanbod van de beschikbare duurzame energie, waardoor een zo duurzaam mogelijke mix wordt opgeslagen in de batterijen. Zo optimaliseert het zelflerende batterijsysteem van iwell alle energie­stromen binnen een gebouw, zoals voor de verlichting van kelders en trappenhuizen, liften en dergelijke, maar ook daarbuiten met de verlichting van parkeerterreinen en de AC-laders voor elektrische auto’s en vlakt het de piekbelasting af (peak shaving). Vincent Ruijter, founder van iwell: ‘De slimmigheid zit in de batterij en bestaat uit een omvormer -van wisselstroom naar gelijkstroom en vice versa- en een soort computer voor het zelflerende vermogen. Deze computer brengt verschillende parameters -denk aan de zonnesterkte, de gewenste hoeveelheid energie en de momenten waarop energie nodig is- in kaart en zorgt voor een efficiënte manier van energie leveren én opslaan. Dit systeem is toepasbaar op een bestaande netaansluiting, maar is ook geschikt om direct vanuit een PV-systeem te laden.’

Zelflerend batterijsysteem als oplossing

Dekkers noemt een maatregel waarmee hij de noodzaak voor een slimme oplossing illustreert:  ‘Vanaf 2030 wil de gemeente Amsterdam alle benzine- en dieselauto’s binnen de ring A10 weren. Andere steden als Utrecht en Rotterdam zouden het voorbeeld uit de hoofdstad zomaar eens kunnen volgen. Er zal daar dus een enorme vraag naar het elektrisch laden van auto’s ontstaan. Het mooiste is dan natuurlijk dat je een oplader beschikbaar bij je huis hebt. Maar bij appartementen kan dat gewoonweg niet zomaar. Daar is bijvoorbeeld de aansluiting van het gebouw niet toereikend voor. Het gebouw kan niet meer elektra leveren dan dat het al doet.’ Bovendien zal de netcongestie, die in het hele land uitbreidingen van netaansluitingen nagenoeg onmogelijk maakt, volgens netbeheerder TenneT niet voor 2030 opgelost zijn. Ruijter zegt daarover: ‘Het grootste probleem is dat de netaansluiting van het appartementengebouw gebaseerd is op de pieken in de vraag. Die pieken liggen doordeweeks rondom het ontbijt en vanaf een uur of vijf in de middag. Daar zou dan ’s avonds het opladen van de elektrische auto’s bij komen en dat kan nu eenmaal niet.’

Plug&play Power Cubes

Het afgelopen jaar werd gestart met het plaatsen van tien Power Cubes van 30 kWh van iwell, die bij de tien complexen nu in totaal 40 AC-laders kunnen voorzien van stroom. Extra batterijen moeten in het komende jaar bij de resterende 53 complexen ruim 200 AC-laders mogelijk maken, waardoor op die complexen ruimschoots aan de vraag naar slim opladen voorzien kan worden. Dekkers merkt daarbij op: ‘Het is vanzelfsprekend niet de bedoeling dat één van de bewoners van half vijf tot de volgende ochtend zijn auto aan de lader laat staan. Zoveel AC-laders kunnen we niet plaatsen, maar dat hoeft nu ook nog niet. Uit de praktijk blijkt dat de voorziene uitbreiding voorlopig afdoende laadcapaciteit zal bieden.’ Over de plaatsing van de batterijen vertelt Ruijter: ‘Het systeem is een plug&play-oplossing die slechts twee eisen kent: de hoofdaansluiting moet worden doorgemeten zodat de Power Cube de pieken optimaal kan afvangen en er moet wat ruimte zijn voor de batterij. Ingewikkelder is het niet.’

 

Grotere opgave

Al die 19.000 woningen in de huidige portefeuille zullen de komende jaren een verduurzamingsslag moeten maken om energiezuiniger en aardgasvrij te worden. Dekkers: ‘Technische oplossingen zijn er nu al, en die worden in de toekomst alleen nog maar meer en beter. We hebben een routekaart klaarliggen waarmee we onze doelstelling -Paris Proof in 2045- gedurende de komende jaren denken waar te kunnen maken. Maar heel eenvoudig wordt het niet. We zijn namelijk mede afhankelijk van de instemming van huurders. We kunnen niet zomaar beslissen dat er bijvoorbeeld nieuwe lage temperatuurradiatoren in een woning geplaatst wor­den of dat er buizen door een kamer worden aangelegd. In de praktijk betekent het dat we 19.000 keukentafelgesprekken zullen gaan voeren om onze plannen toe te lichten. Om al deze zaken uit te kunnen leggen, kun je niet volstaan met een enkele huurdersbijeenkomst of een mooie folder. Daarvoor, verwachten we, zullen we alles uit de kast moeten halen, tot de individuele gesprekken aan toe.’ Ruijter vult afsluitend aan: ‘Als in de toekomst op die 63 appartementencomplexen zonnepanelen geplaatst gaan worden, dan kunnen onze batterijen ook voor duurzame opslag voor uitgesteld gebruik zorgdragen.’

 

Over iwell

Iwell heeft de ambitie om de energietransitie te versnellen. Het vijftig man sterke team is van het kaliber niet lullen, maar poetsen: de energieprofessionals bouwen vandaag aan de energievoorziening van morgen. Iwell is actief in de logistiek, industrie en de vastgoedsector en marktleider in Nederland. Op dit moment vinden de voorbereidingen voor uitbreiding in Europa plaats. Sterker nog, iwell is vastbesloten ook op Europees niveau marktleider te worden. Ruijter: ‘We hebben inmiddels driehonderd opdrachtgevers voorzien van energieoplossingen en ons algoritme wordt elke dag beter. Dat betekent dat onze toepassingen voor een steeds grotere groep ondernemers een interessante oplossing wordt.’

 

 

 

Forse CO2-uitstoot productie zonnepanelen stijgt verder

merin zonnepanelen

Bij alle positieve berichten over de enorme hoeveelheid energie die zonnepanelen opwekken, past een stevige kanttekening. De productie ervan is verre van smetteloos en zorgt voor een te forse CO2-uitstoot om de klimaatdoelen van 2030 te halen. Dat blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau Metabolic in opdracht van Dutch Green Building Council (DGBC). De toepassing van zonnepanelen leidt met de huidige productiemethoden juist tot een verdubbeling van de uitstoot. Zicht op veel verbetering is er nog niet.

Door de grote woningbouwopgave die Nederland heeft, blijft de vraag naar zonnepanelen naar verwachting stijgen. Maar alle materialen die voor de productie ervan nodig zijn, hebben natuurlijk ook een eigen impact op het milieu. Dat bleek wel toen Metabolic en DGBC onderzochten wat de CO2-uitstoot is van de productie van verschillende materiaalsoorten en producten voor de bouwsector. De meeste CO2-uitstoot kwam voor rekening van staal, beton, glas, isolatie en installaties. In die laatste categorie vallen ook de zonnepanelen. Die zijn verantwoordelijk voor 88 procent van de uitstoot in de installatiebranche.

48 procent

Met de huidige manier van produceren blijven producenten en leveranciers van staal, beton, installaties, isolatie en glas steken op 48 procent CO2-reductie in 2030, terwijl 60 procent nodig is. “Radicaal anders bouwen én produceren is daarom nodig om de klimaatdoelen te halen”, laat Laetitia Nossek van DGBC weten. “De installatiebranche, met zonnepanelenproducenten voorop, lijkt zich echter nog niet te realiseren dat er snel actie nodig is.”

De grotere vraag naar bouwmaterialen door de nieuwbouwopgave, maar ook in toenemende mate door de renovatieopgave, staat op gespannen voet met de doelen om de CO2-uitstoot te verminderen. De toepassing van omvangrijke hoeveelheden zonnepanelen leidt met de huidige productiemethoden juist tot een verdubbeling van de uitstoot. Waar bij staal, beton en isolatie de verantwoording helder is en de zoektocht naar duurzamere alternatieven gaande is, blijft de installatiebranche achter. De zonnepanelenproducenten zijn het minst duidelijk over de uitstoot die de gebruikte materialen veroorzaken, constateerden de onderzoekers. Ook hebben ze nog onvoldoende plannen om milieuvriendelijker te produceren.

Alternatieven

Juist zonnepanelen zijn noodzakelijk voor de opwekking van duurzame energie, en dat niet alleen in de nieuwbouw, maar zeker ook bij de bestaande gebouwen. Sinds 2019 is de vraag naar zonnepanelen alleen maar toegenomen en met de woningbouwopgave van bijna een miljoen woningen tot 2030 blijft deze vraag stijgen. “Zonnepanelen drukken inmiddels heel hard op de CO2-voetafdruk van de gebouwde omgeving”, zegt Nossek.

De sector moet om, adviseren de onderzoekers. Dat betekent stoppen met de productie van vervuilende materialen en overstappen naar alternatieve producten. Toni Kuhlmann van Metabolic legt uit: “De uitstoot van de productie moet omlaag en we moeten minder nieuwe materialen en installaties toepassen. Naast de energietransitie is een grootschalige transformatie nodig naar een circulaire bouweconomie: minder materialen gebruiken, bouwmaterialen toepassen die geen CO2 uitstoten bij de productie en veel meer hergebruiken en/of biobased materialen toepassen.” Nossek voegt toe: “Zonder circulaire oplossingen heb je ook geen CO2-neutrale bouwkolom.”

De onderzoekers concluderen ten slotte dat de bouwsector gestimuleerd moet worden om duurzamer te produceren en benoemen hierbij ook de verantwoordelijkheid van opdrachtgevers en adviseurs in de inkoopprocessen.

Lees hier het hele rapport

DHG lanceert eigen duurzame energiebedrijf Twozero

Met TwoZero richt DHG zich op duurzame energieoplossingen voor haar gebouwen en haar huurders. DHG TwoZero investeert in zonnepanelen op de daken van geselecteerde SMARTLOG distributiecentra, waarmee direct duurzame zonne-energie wordt geleverd aan de huurder. Indirect wordt er ook geleverd aan andere huurders en wordt er teruggeleverd aan het energienet.

DHG TwoZero ontwikkelt ook oplossingen voor locaties waar sprake is van netcongestie, overbelasting van het elektriciteitsnet. Op deze locaties realiseert TwoZero een slim off-grid systeem bestaande uit zonnepanelen en batterij-systemen. Deze off-grid oplossing zorgt ervoor dat de distributiecentra geheel zelfvoorzienend zijn in energie.

Voor DHG is duurzaam bouwen al jaren vanzelfsprekend. Het ontwerp van een nieuwe SMARTLOG evolueert continu en is inmiddels standaard gasloos. In iedere SMARTLOG distributiecentrum wordt LED verlichting met bewegingssensoren geïnstalleerd en wordt niet alleen de kantoorruimte, maar ook de hele bedrijfshal verwarmd middels vloerverwarming.
Hierbij wordt de warmtepomp en het ventilatiesysteem van het kantoor gevoed met zonne-energie. Dit ventilatiesysteem is uitgerust met warmte terugwinstechniek om energie te besparen. Daarbij wordt er tijdens de ontwikkeling zo veel mogelijk gewerkt via de normen van circulariteit. Om alle benodigde kennis voor de zonnepanelen en overige duurzaamheidsdoelstellingen in huis te halen beschikt DHG over een eigen in-house BREEAM-NL Expert

Van oudsher heeft DHG de volledige keten van het vastgoed in eigen beheer waardoor zij optimaal flexibel kan zijn in haar dienstverlening naar de huurders. Sinds 2019 worden de daken van alle DHG SMARTLOG ontwikkelingen al voorzien van zonnepanelen, maar door een externe partner. De keuze om zonnepanelenparken vanaf nu zelf te ontwikkelen en te exploiteren met TwoZero voelt daarom als een natuurlijke volgende stap voor DHG. Zo profiteren de huurders optimaal van de voordelen van lagere energiekosten door het verbruik van lokaal opgewekte groene energie zonder zelf te investeren. Met de overcapaciteit kan zelfs worden voorzien in de energieleverantie van objecten in de portefeuille waar geen of onvoldoende elektriciteit kan worden opgewekt, zoals kantoorpanden en terminals.

DHG TwoZero zal de daken van alle in aanbouw zijnde SMARTLOG distributiecentra, inclusief waar mogelijk de bestaande portefeuille, van DHG voorzien van zonnepanelen. Het eerste systeem wordt op dit moment door TwoZero aangelegd op het dak van SMARTLOG Roosendaal. Dit systeem is operationeel vanaf juni 2023. DHG TwoZero heeft zich als eerste doel gesteld om binnen anderhalf jaar 30 MWp aan zonnestroomprojecten te realiseren, waarmee de volledige DHG vastgoedportefeuille, inclusief de objecten waar geen of onvoldoende elektriciteit kan worden opgewekt, van eigen opgewekte zonne-energie te kunnen voorzien.

Productie zonnepanelen staat CO2-reductie in de bouwsector in de weg

Bij de productie van zonnepanelen voor de bouwsector komt te veel CO2 vrij om de klimaatdoelen van 2030 te halen. Dat blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau Metabolic in opdracht van Dutch Green Building Council (DGBC). Ook hebben zonnepanelenproducenten nog onvoldoende plannen om milieuvriendelijker te produceren. Terwijl dat wel nodig is, zeker omdat door de woningbouwopgave de vraag naar zonnepanelen naar verwachting blijft stijgen.

Metabolic en DGBC analyseerden in hun onderzoek de CO2-uitstoot van de productie van verschillende materiaalsoorten en producten voor de bouwsector. De meest impactvolle productgroepen werden onder de loep genomen. De toegepaste bouwmaterialen en producten die bij productie het meeste CO2 uitstoten, zijn staal, beton, glas, isolatie en installaties. In die laatste categorie vallen ook de zonnepanelen. Die zijn verantwoordelijk voor 88 procent van de uitstoot in de installatiebranche.

Reductie blijft steken op 48 procent

Met de huidige manier van produceren blijven producenten en leveranciers van staal, beton, installaties, isolatie en glas steken op 48 procent CO2-reductie in 2030, terwijl 60 procent nodig is. “Radicaal anders bouwen én produceren is daarom nodig om de klimaatdoelen te halen”, laat Laetitia Nossek van DGBC weten. “De installatiebranche, met zonnepanelenproducenten voorop, lijkt zich nog niet te realiseren dat er snel actie nodig is.”

Grotere vraag naar materialen maakt opgave om uitstoot te verminderen nog uitdagender

De grotere vraag naar bouwmaterialen door de nieuwbouwopgave, maar ook in toenemende mate de renovatieopgave, staat op gespannen voet met de doelen om de CO2-uitstoot te verminderen. De grote toepassing van zonnepanelen leidt met de huidige productiemethoden tot een verdubbeling van de uitstoot. Waar bij staal, beton en isolatie de verantwoording helder is en de zoektocht naar duurzamere alternatieven gaande is, blijft de installatiebranche achter. De zonnepanelenproducenten zijn het minst duidelijk over de uitstoot die de gebruikte materialen veroorzaken, constateerden de onderzoekers.

Zonnepanelen wekken duurzame energie op, maar productie ervan is vervuilend

Zonnepanelen zijn uitgerekend noodzakelijk als opwekker van duurzame energie, voor nieuwbouw, maar ook zeker bij de bestaande gebouwen. Sinds 2019 is de vraag naar zonnepanelen alleen maar toegenomen, en met de woningbouwopgave van bijna een miljoen woningen tot 2030 blijft deze vraag stijgen. “Zonnepanelen drukken inmiddels heel hard op de CO2-voetafdruk van de gebouwde omgeving”, zegt Nossek.

Op zoek naar een nieuwe manier van produceren van bouwmaterialen

De sector moet om, adviseren de onderzoekers. Dat betekent stoppen met de productie van vervuilende materialen en overstappen naar alternatieve producten. Toni Kuhlmann van Metabolic legt uit : “De uitstoot van de productie moet omlaag en we moeten minder nieuwe materialen en installaties toepassen. Naast de energietransitie is een grootschalige transformatie nodig naar een circulaire (bouw)economie: minder materialen gebruiken, bouwmaterialen toepassen die geen CO2 uitstoten bij de productie, en veel meer hergebruiken en/of biobased materialen toepassen.” Nossek besluit: “Zonder circulaire oplossingen heb je ook geen CO2-neutrale bouwkolom”, besluit Nossek.

Bron: DGBC

Historische groei aantal zonnepanelen op woningdaken in 2022

Zonnepanelen Oranjedak

Netbeheerders hebben in 2022 een historische groei van het aantal zonnepanelen op woningdaken waargenomen. Belangrijke aanjager van de populariteit van zonnepanelen onder woningbezitters is de salderingsregeling, meldt branchevereniging Netbeheer Nederland. Deze regeling heeft vanaf 2004 gezorgd voor een ongekend snelle groei van het aantal zonnepanelen op de daken van woningen, zowel koop als huur.

De prijs van de panelen is inmiddels enorm gedaald waardoor de terugverdientijd sterk is teruggelopen. Daarom steunen de netbeheerders samen met andere brancheorganisaties het voorstel voor een geleidelijke afbouw van de regeling en vragen de politiek om hier de eerste stap in te zetten.

In de verschillende provincies groeide afgelopen jaar het vermogen van de zonnepanelen op woningdaken tussen de 25 en 40 procent ten opzichte van 2021. Het Nederlandse elektriciteitsnet is volgens de netbeheerders echter niet ontworpen voor de grote hoeveelheid zonnestroom die nu wordt opgewekt, waarbij het net als een grote gratis batterij wordt ingezet.

Volgens de netbeheerders is het beter wanneer de opgewekte energie direct zelf gebruikt wordt, bijvoorbeeld door op zonnige momenten de wasmachine aan te zetten of de auto op te laden. Ze pleiten daarnaast voor prikkels om opslag van de zelf opgewekte stroom te stimuleren, zodat deze in de avond door de consument zelf gebruikt kan worden.

Laadpalen
Niet alleen zonnepanelen maar ook laadpalen voor elektrische auto’s en warmtepompen zijn zeer gewild onder consumenten. Deze ontwikkelingen vragen om kabels waar veel meer stroom doorheen kan dan door het gros van de huidige kabels waar woningen op zijn aangesloten. Om aan al deze wensen tegemoet te komen, werken de netbeheerders in het hele land aan de verzwaring en uitbreiding van het honderdduizenden kilometer lange elektriciteitsnet.

In 2022 legden de netbeheerders duizenden kilometer nieuwe kabels aan in straten en plaatsten ze honderden nieuwe transformatorhuisjes in de wijken. Ook de komende jaren gaan ze daarmee door.
Bron: ANP

Energiecrisis – 5 trends in een complexe zonne-energiemarkt

merin zonnepanelen

Bron: Vastgoedjournaal.nl

In het huidige klimaat is de business case voor zonne-energie overtuigender dan ooit. Maar met welke factoren krijg je te maken als je kiest voor zonnepanelen op jouw vastgoed? Adriaan Copper van Zoncoalitie geeft je met plezier een overzicht van de dynamische markt en actuele trends, zodat jij niet voor verrassingen komt te staan als je een zonnestroomproject wilt realiseren.

Hij besteedt in dit blog aandacht aan

  • de huidige situatie (welke gevolgen hebben de hoge energieprijzen?);
  • financiële zaken (stijgende rente en de rol van subsidie, hoe behaal ik het meeste rendement?);
  • technische aspecten (is mijn dak sterk genoeg, hoe leg ik de panelenpuzzel en hoe ga ik om met congestie?);
  • mobiliteit (hoe benut ik de kansen die er zijn voor elektrische auto’s, EV chargers?);
  • beheer (als mijn panelen er liggen, wie onderhoudt ze dan?).

In dit artikel vind je een korte inleiding in deze onderwerpen. Wil je goed beslagen ten ijs komen, meld je dan direct aan voor het gratis webinar op dinsdag 29 november.

Huidige situatie op de zonne-energiemarkt

Door de actuele hoge energieprijzen is de wens en noodzaak om te verduurzamen door middel van zonne-energie enorm toegenomen. Iedereen merkt het immers in zijn portemonnee. Grootverbruikers hadden tot voor kort vaak kale energietarieven van rond de € 0,05 per kWh (dal), maar betalen nu al gauw het vijfvoudige. De investeringskosten voor zonne-energie zijn ook omhooggegaan, maar die zijn niet zo hard gestegen als de energieprijs. De business case is er dus beter op geworden, ondanks het feit dat de subsidie vrijwel nihil is. Zeker in situaties waarin zonnestroomsystemen volledig afgestemd zijn op het verbruik van de gebruiker van een vastgoed, zien we dat de besparing die behaald wordt als de stroom zelf wordt opgewekt een goede business case oplevert.

Verder zagen we eerder vaak dat het in split incentive-situaties (als het eigendom en het gebruik van het pand gescheiden is) lastig was om een zonnestroomproject te realiseren in verband met tegenstrijdige belangen. Soms was de huurder geïnteresseerd in zonne-energie en de eigenaar niet, soms andersom. Nu merken wij dat de wens om te verduurzamen er meestal aan beide kanten is en het liefst hadden ze het zonnedak gisteren al gerealiseerd! Dus het gevoel van urgentie is in de hele markt significant gegroeid.

Het is ook makkelijker geworden om eventuele technische aanpassingen aan het gebouw mee te nemen in de business case. Projecten die een aantal jaar geleden moeilijk rond te rekenen waren, zijn met de huidige energieprijzen en technologieën wél mogelijk. Denk bijvoorbeeld aan de inzet van lichtgewicht zonnepanelen of situaties waarin iets aan de dakconstructie of de elektrische inpassing moet gebeuren.

Financiële zaken

Enkele jaren geleden zetten de meeste partijen pas echt de stap tot een haalbaarheidsonderzoek en het zoeken van een geschikte aanbieder als ze een SDE+(+) subsidie hadden. Op dit moment speelt de subsidie amper meer een rol in de markt. Zeker als er sprake is van een dakgebonden zonnestroominstallatie, die is afgestemd op de energiebehoefte van de huurder/gebruiker van het pand, is subsidie eigenlijk niet meer relevant. De subsidie is natuurlijk nog steeds fijn om te hebben, want we weten niet wat de energieprijzen gaan doen in de toekomst. Maar het is niet meer iets waar partijen op wachten voordat ze stappen richting realisatie zetten.

Daarnaast bestaan er ook subsidiemogelijkheden op lokaal niveau, bijvoorbeeld voor ondersteuning bij constructieve aanpassingen of het haalbaarheidsonderzoek, die nog steeds wel helpen. Ze nemen barrières weg en stimuleren tot actie.

Vastgoedeigenaren kiezen vaak voor een structuur waarin de investering wordt gefinancierd vanuit de hypotheekfinanciering en dan is die stijgende rente ook wel van belang, maar gelukkig verlenen banken regelmatig korting op groene producten. Dus de stijgende rente heeft impact, maar de hoge energieprijzen zorgen ervoor dat de business case van zonenpanelen op zakelijk vastgoed nog steeds goed is rond te rekenen.

Technische aspecten

Er zijn steeds meer technische factoren die je mee moet nemen bij het ontwerp van een dak met zonnepanelen. Je kunt denken aan de technische aspecten van het gebouw: de constructie, de dakopbouw, de levensduur van het dak, de aansluiting. Maar wat de puzzel op steeds meer plekken complexer maakt, is de congestieproblematiek. Op heel veel plekken in het land is er geen ruimte meer om energie terug te leveren op het net, dus moet je een zonnestroominstallatie afstemmen op het energieprofiel van de verbruiker en bedenken met welke verliezen je genoegen neemt en wat de opties zijn om dit te beperken.

Door dit probleem ontstaan ook kansen met laadpalen, opslag en dergelijke. Als je kijkt naar verduurzaming van je pand met zonnestroom, dan is het goed om ook meteen te kijken naar deze kansen. Wellicht is er een parkeerterrein dat je wilt overkappen? Die business case is interessant om meteen mee te nemen, zeker als er nog ruimte zit in een deel van de opbrengst vanuit het dak die je niet binnen het gebouw benut. Juist dan is het de moeite waard om de link naar mobiliteit en opslag te onderzoeken en meteen mee te nemen in het haalbaarheidsonderzoek.

Mobiliteit

We weten allemaal dat ons vervoer de komende jaren overgaat van fossiel op elektrisch. Vanaf 2035 mogen in Europa geen nieuwe auto’s meer verkocht worden die op fossiele brandstof rijden. Laadpalen zijn daardoor natuurlijk een kans (soms ook een verplichting) om meteen mee te nemen op het moment dat je kijkt naar de verduurzaming van je vastgoed met zonnestroom. Die mogelijkheid roept ook weer vragen op: welk type laadpalen is geschikt, wil ik die laadpalen in eigendom hebben of leg ik dat bij een derde, kan ik die laadpalen aansluiten op de aansluiting die ik al heb of wil ik daar een aparte aansluiting voor creëren? Het is interessant om te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn en dit integraal met je zonnestroomproject op te pakken.

Beheer van de pv-installatie

Een zonnestroomsysteem op zich is technisch niet heel complex, maar bestaat wel uit verschillende schakels die ervoor moeten zorgen dat je het gewenste rendement behaalt. Er kunnen echter allerlei technische problemen ontstaan in een systeem. Zo kunnen er panelen uitvallen, storingen in omvormers ontstaan, viezigheid op het dak kan het systeem negatief beïnvloeden. Verzekeraars eisen gewoonlijk minimaal een keer per jaar een visuele inspectie, maar wij raden aan regelmatig even een kijkje te nemen op het dak. Als een probleem bijvoorbeeld in juni ontstaat en je ontdekt het pas na een paar weken, dan is de impact vrij groot. Die drukken de business case die van tevoren is geschetst en dat is zonde.

De ervaring leert: de performance van een zonnestroominstallatie moet scherp in de gaten gehouden worden en er dient snel gehandeld te worden op het moment dat deze niet produceert zoals verwacht. Zeker bij eigenaren die veel vastgoed hebben (denk aan systemen op diverse locaties met verschillende type panelen, omvormers en monitoringsystemen) kan het beheer behoorlijk complex zijn. Het is daarom verstandig om dit professioneel in te richten.

De complexiteit van zonnepanelen op zakelijk vastgoed

Zoals blijkt uit het bovenstaande, krijgt iedereen die een zonnestroominstallatie wil realiseren te maken met een breed scala aan factoren die de optimale installatie en toekomstige keuzes beïnvloeden. Eenmaal aangelegd kan blijken dat een kleine beslissing grote gevolgen heeft, niet alleen voor de opbrengst van het zonnestroomsysteem, maar ook in bredere zin. Zorg er dus voor dat je vóór de realisatie van start gaat een helder beeld hebt van alles wat er op dit moment en in de nabije toekomst speelt. Want een zonnestroomproject is zonder twijfel de moeite waard, zeker nu.

Meld je aan voor het webinar ‘Energiecrisis – 5 trends in een complexe zonne-energiemarkt’ op Vastgoedjournaal.nl