Savills: De volgende fase van duurzame verandering – De sleutel tot ESG

Mogelijkheden van zonwering op kantoor

Duurzaam gedrag is niets nieuws. In de vastgoedsector zijn eigenaren al meer gewend aan wetgeving zoals de SFDR. Meer dan 43% van de markt heeft doelen gesteld met betrekking tot CO₂, waar dat in 2018 nog maar 26% was (bron: data afkomstig uit de S&P Corporate Sustainability Assessment). Volgens onderzoek van Pitchbook is de interesse in het optimaliseren van de energieprestaties om duurzamere gebouwen te ontwikkelen, nu vijf keer zo groot dan drie jaar geleden.

We kunnen gerust zeggen dat we de volgende fase van de overgang naar een duurzame gebouwde omgeving zijn ingegaan. Zoals het Afrikaanse spreekwoord zegt: “Als je snel wilt gaan, ga dan alleen; als je ver wilt gaan, ga dan samen.” En dat klinkt door in deze nieuwe fase van duurzaam gedrag, waarin we meer van elkaar afhankelijk zijn en de weg voorwaarts loopt door middel van samenwerking.

COLLECTIEVE VERANTWOORDELIJKHEID

Onze belangrijkste belanghebbenden in deze vergelijking zijn de eigenaren en gebruikers van gebouwen. Vooral in de kantorenmarkt kunnen duurzame doelstellingen niet worden gehaald als één van deze partijen de kar trekt zonder de ander. Gebruikers kunnen het energieverbruik aanzienlijk verminderen, maar niet genoeg om aan de eisen van Paris Proof te voldoen als het gebouw niet aan de EPC-normen voldoet of de eigenaar niet investeert in elektrificatie. Ook als een eigenaar een zeer duurzaam gebouw ontwikkelt, maar de gebruiker de thermostaat in de winter op 25 °C en in de zomer op 18 °C houdt, blijft de weg naar Paris Proof hobbelig.

Het aanvullen van een focus op klimaatmitigatie, energie of met andere thema’s binnen ESG is een ander onderdeel van deze nieuwe fase. Onze huidige aanpak is gericht op het stimuleren van de vraag naar en de creatie van energie uit hernieuwbare bronnen die geen schadelijke gassen in de atmosfeer uitstoten. We proberen ook de totale vraag naar energiewaar mogelijk te verminderen. We hopen dat dit snel verandert, maar voorlopig is er geen echte reden om aan te nemen dat deze aanpak de wereldwijde uitstoot zal terugdringen tot het niveau dat volgens wetenschappers nodig is om catastrofale gevolgen van klimaatverandering te voorkomen. En dat betekent dat we ons moeten aanpassen.

AANPASSING

Steeds vaker richten zowel eigenaren als gebruikers zich op duurzame doelstellingen met betrekking tot waterverbruik, sociale doelen zoals tenant engagement of mobiliteit om hun duurzame prestaties verder te verbeteren. Eén thema blijft echter lastig; biodiversiteit.

Onze natuurlijke ecosystemen moeten sterk genoeg zijn om broeikasgassen op te nemen en zo te herstellen van alle stoffen die we in de lucht hebben gepompt. Hier komt biodiversiteit om de hoek kijken. Het beschermen en herstellen van biodiversiteit verhoogt de diversiteit aan planten die deze chemische stoffen, die momenteel de lucht vervuilen, kunnen filteren. De beste koolstofopslagmogelijkheden zijn bijvoorbeeld mangrovebossen en veengebieden.

De VN schat dat een derde van de wereldwijde reductie van broeikasgasemissies, die nodig is voor een gezonde planeet, zou kunnen komen van het verbeteren van de kwaliteit van onze groene ruimte. Dit kan ook de bebouwde omgeving omvatten, aangezien stedelijke gebieden op meerdere manieren enorm profiteren van groene infrastructuur. Een ecosysteem met een hoge mate van biodiversiteit heeft een stabiliserend effect op het lokale klimaat, regenval, hitte enzovoort. Door gebruik te maken van biodiversiteit in onze bebouwde omgeving kunnen we de noodzaak verminderen om het binnenklimaat kunstmatig te reguleren. In Europa toont onderzoek aan dat deze aanpak de vraag naar energie kan doen afnemen. Door groene daken op kantoorgebouwen te installeren kan tot 7% van de reguliere vraag naar elektriciteit in de zomer en 3% van de vraag naar aardgas in de winter worden bespaard.

Biodiversiteit legt dus ook een solide basis voor sociale duurzaamheid. Onderzoek naar de WELL-normen heeft aangetoond dat biofilisch ontwerpen, het integreren van natuurlijke structuren en organismen om de verbinding van gebruikers met de natuurlijke omgeving te vergroten, lawaai sterk kan verminderen, het herstel na stressvolle gebeurtenissen kan versnellen en op passieve wijze een comfortabel binnenklimaat kan creëren.

Dit brengt ons bij een overzicht van onze vernieuwde uitdaging, nu we er klaar voor zijn om deze aan te gaan. Door ons te richten op integrale oplossingen zoals het bevorderen van biodiversiteit in onze gebouwde omgeving, en dit te doen in samenwerking met zowel eigenaren als gebruikers, kunnen we de volgende stap zetten op weg naar Paris Proof. We houden daarbij rekening met alle belanghebbenden, niet alleen met mensen, maar ook met meer dan een triljoen andere soorten die evenzeer afhankelijk zijn van deze planeet.

GEDRAGSVERANDERING BEWONERS

Het opschrijven van verwacht gedrag betekent niet noodzakelijkerwijs dat mensen zich op die manier gedragen. Als je wilt dat mensen veranderen, moet je hen begeleiden in hun persoonlijk veranderingsproces en het niveau van betrokkenheid vergroten.

Gebruikers worden vooralsnog niet door wetgeving gepusht zoals eigenaren, daarom moeten we aandacht besteden aan gedragsverandering met betrekking tot de prestaties van gebruikers van duurzame gebouwen. Het stimuleren van de collectieve verantwoordelijkheid voor ESG en het waarborgen van het duurzame potentieel van het gebouw.

De ervaring leert ons dat een geschikt en goed Change Management Programma een succesvol middel is om verandering te bewerkstelligen. Daarom stellen we een optimaal gebruik van het gebouw vast, verankeren/implementeren we nieuw gedrag en versterken we vaardigheden die nodig zijn om gebruikers het gebouw effectief te laten gebruiken. We gaan verder dan alleen het aanpakken van een mentaliteitsverandering met betrekking tot ESG. Het Savills ESG Consultancy team streeft naar betrokkenheid van de gebruiker binnen het proces. Door middel van gebruikersparticipatie, aanpassing en communicatie co-creëren we werkbaar gedrag. Dit vereist interactie, duidelijke communicatie, voorbeeldgedrag en…geduld.

Dit artikel werd geschreven door Iris Kampers, ESG Advisor, en Lotte de Jong, Head of Occupier Solutions bij Savills in Nederland.

Wat kost een afvalpers en wat levert het op?

Afvalpers

Produceert u veel afval? Dan kunt u tot wel 50% kosten besparen op de afvalinzameling. Eén van de oplossingen is een afvalpers. Behalve lagere kosten, heeft een afvalpers nog veel meer voordelen.

Hoe werkt een afvalpers?

Een afvalpers drukt afval samen en bewaart dit in een container. Daardoor neemt het afval veel minder ruimte in beslag. Een container van 3 m3 kan wel 27 m3 afval bewaren. Als de container bijna vol is, gaat er automatisch een melding uit en wordt de container binnen 24 uur omgewisseld.

Bereken nu of u kunt besparen door het gebruik van een minipers

Vijf voordelen van een afvalpers

1. Bespaar kosten

Afvalinzameling kan oplopen tot 5% van de servicekosten. Met een minipers kunt u kosten besparen, doordat het afval veel minder vaak hoeft te worden opgehaald. Wilt u weten of een afvalpers voor u interessant is? Doe dan de check:

2. Bespaar ruimte

De minipers drukt het afval in hoge dichtheid samen. Hij comprimeert de inhoud van maar liefst 24 rolcontainers van 1.100 liter tot de plek slechts 1 parkeerplaats. Het afval ligt en staat nooit meer in de weg. Door het compacte formaat, kan de miniperscontainer op moeilijk bereikbare plekken worden geplaatst.

3. Het is hygiënischer

De container bewaart het afval lek- en geurvrij en met een ozonizer worden nare geurtjes verdreven. De ruimte blijft fris en ongedierte krijgt geen kans. Het weggooien van afval wordt zo een stuk prettiger.

4. Het is duurzamer

Doordat de minipers zoveel afval samenperst en de container automatisch wordt omgewisseld als hij vol is, is minder transport nodig dan bij de veelgebruikte rolcontainers. Bovendien wordt de miniperscontainer niet opgehaald door een normale vrachtwagen, maar door een minipersbus die veel minder CO2 uitstoot dat een reguliere vuilniswagen.

5. Het is veiliger

Een afvalpers is eenvoudig en veilig in gebruik. Door middel van een speciaal registratiesysteem kan worden bepaald wie de minipers mag bedienen. Zo kan misbruik voorkomen worden. Bovendien slaat de container het afval veilig op, wat brandgevaar vermindert.

Wat kost een afvalpers?

Hoeveel u kunt besparen, hangt af van de hoeveelheid afval die u produceert en het type afvalpers dat het beste bij uw bedrijf past. Vul hieronder uw gegevens in en ontvang direct een prijsopgave van Milieu Service Nederland.

Bereken nu of u kunt besparen door het gebruik van een minipers

 

Paul de Ruiter Architects over het Unilver Foods Innovation Center HIVE

Als er ergens aan kop wordt gelopen op het gebied van duurzaamheid, is het in Wageningen. Het energieneutrale Unilever Foods Innovation Center HIVE is met een BREEAM-NL Outstanding certificering het meest duurzame multifunctionele gebouw ter wereld. HIVE is het resultaat van de integrale design & build-samenwerking tussen Paul de Ruiter Architects, Dura Vermeer en DWA. Het energieneutrale gebouw herbergt kantoren, diverse laboratoria, testkeukens en een minifabriek waarin nieuwe producten op kleine schaal worden ontwikkeld en getest. We spreken de architect van het gebouw: Paul de Ruiter.

‘Iedereen doet zijn best om duurzaam te zijn. En iedereen heeft een eigen visie op duurzaamheid. Daarom gaan wij voor BREEAM. Met dit instrument is duurzaamheid van bouwwerken écht meetbaar.’

Interactie tussen Unilever en de universiteit

‘Het sleutelwoord is innovatie. In dit gebouw is men dagelijks bezig ons voedsel op een zo duurzaam mogelijke manier op ons bord te krijgen. En daar is onderzoek voor nodig,’ vertelt De Ruiter. ‘Het is dan ook geen toeval dat HIVE op de campus van WUR -Wageningen University & Research- is gerealiseerd. De transparante vormgeving en de strategische centrale ligging van het gebouw op Wageningen campus zorgen voor optimale interactie tussen Unilever en diverse externe partijen. Deze kruisbestuiving wordt ook gefaciliteerd doordat een groot deel van het gebouw publiek toegankelijk is. Zo geeft de komst van het Foods Innovation Centre een extra impuls aan de ambitie van Wageningen om het wereldwijde kennishart van Food en Life Sciences te worden.’

 

Open en verbindend

Daar waar je bij de meeste bedrijfsgebouwen na binnenkomst direct op de receptie afstevent, vind je bij Unilever een uitnodigende bar. In de zes meter hoge publieke hal staan openheid, transparantie en food-beleving centraal. Iedere bezoeker is welkom voor een kop thee of een gezonde lunch met direct zicht op de Pilot Plant, de minifabriek van Unilever. Normaliter blijft een recept het geheim van de chef. Niet in Pilot Plant. Innoveren is delen, weten ze bij Unilever, dus studenten en experts zijn welkom in het gebouw. ‘Unilever wil zich openstellen, wil verbinden. En het ontwerp faciliteert deze gedachte. Neem de centrale trap in het atrium, daar ontmoeten mensen vanuit diverse disciplines elkaar. In dit gebouw worden afdelingen niet strikt gescheiden, op de marketingafdeling weten ze waar productie mee bezig is en vice versa.

De definitie van duurzaam

‘Iedereen doet zijn best om duurzaam te zijn. En iedereen heeft een eigen visie op duurzaamheid. Daarom gaan wij voor BREEAM. Met dit instrument is duurzaamheid van bouwwerken écht meetbaar. Bovendien is het ook internationaal goed uit te leggen. Roepen dat je duurzaam bouwt, is zonder bewijs niet zoveel waard. Het maximaal haalbare niveau binnen BREEAM is Outstanding. Dit niveau behaal je door op alle thema’s bewijs van duurzame oplossingen te leveren. Ja, natuurlijk zijn we trots op dit certificaat. Als men over duurzaamheid spreekt, hoor je standaard de termen circulariteit en energiebesparing voorbijkomen. Maar duurzaamheid gaat wat ons betreft primair over dat mensen in een gebouw gelukkig en gezond zijn. Daar is frisse lucht voor nodig, samen met beweging en -heel belangrijk- een goede akoestiek. Dat realiseer je door zo slim mogelijk te bouwen. Met de juiste materialen en een zo klein mogelijke impact.’

Energieneutraal

‘Energieneutraliteit is een hele opgave voor een enorm gebouw als HIVE. Dit hebben we onder meer gerealiseerd met de toepassing van 1.550 zonnepanelen op het dak maar ook zijn de zonnecellen geïntegreerd met het glazen dak. De compacte bouwvorm zorgt voor beperking van energieverliezen. Daarnaast hebben we diverse technieken toegepast om het gebouw zo energie-efficiënt mogelijk te laten functioneren. Een voorbeeld is thermografische aanwezigheidsdetectie. Wordt er geen bezetting gemeten? Dan gaat het licht uit. En ook de hoge isolatiewaarden in zowel het glas, de dichte gevels als de vloer zorgen voor een laag energiegebruik en hoog comfort. Met aandacht voor daglicht, uitzicht op groen, luchtkwaliteit, akoestiek en ergonomie draagt het gebouw bij aan de gezondheid en het welzijn van de gebruikers.’ ‘Het was een flinke uitdaging om alle ambities en eisen met zo min mogelijk geld te realiseren. Slim samenwerken is de basis. En slim omgaan met materialen is stap twee. Dat betekent: niet teveel materialen gebruiken en vooral de juiste materialen toepassen. We hebben bijvoorbeeld gekozen voor een houten constructie.

‘Duurzaamheid gaat wat ons betreft primair over dat mensen in een gebouw gelukkig en gezond zijn. Daar is frisse lucht voor nodig, samen met beweging en -heel belangrijk- een goede akoestiek. Dat realiseer je door zo slim mogelijk te bouwen. Met de juiste materialen en een zo klein mogelijke impact.’

Natuurlijk hebben we ook beton toegepast, maar dan wel zo min mogelijk en gemaakt van gerecyclede grondstoffen. Om het niveau Outstanding te halen, moet je innovatie toepassen. Een van de innovaties is de genoemde thermografische sensoring. Een tweede voorbeeld is de ionisatie van het binnenklimaat. Deze ionisatie zorgt voor een zeer zuivere lucht. Een mooie bijkomstigheid van deze innovatie is dat HIVE hiermee Coronaproof is gemaakt.’

Verbeteringen in de toekomst

‘Ja, het is mogelijk om tijdens de levensduur van het pand verbeteringen toe te passen. En die komen er ook vast. Ik denk wel dat we deze verbeteringen waarschijnlijk met name op installatieniveau vinden. Gemiddeld genomen houden installaties het zo’n vijftien jaar vol. Tegen die tijd zijn er zonder twijfel weer slimmere producten die HIVE naar een nóg hoger plan trekken.’ De Ruiter vertelt afsluitend: ‘De synergie tussen een bedrijf als Unilever en de universiteit is opmerkelijk en heel positief. En noodzakelijk bovendien. Want het voedselprobleem lossen we alleen met samenwerkingen op. Bijzonder dat wij daar aan hebben mogen bijdragen.’n

Paul de Ruiter studeerde in 1990 af aan de Technische Universiteit in Delft. In zijn PhD-onderzoek stelt hij dat gebouwen energie moeten produceren in plaats van dat ze energie consumeren. Voordat hij zijn eigen kantoor in Amsterdam startte in 1994, werkte hij voor toonaangevende architectenbureaus in Canada, Australië en Nederland. Paul de Ruiter is inmiddels een architect, ondernemer, innovator en inspirator bekend om zijn duurzame, game changing architectuur. Hij draagt bij aan de nationale en internationale discussie rondom duurzaamheid, CO2 -neutraal ontwerpen en certificeringsmethoden voor gebouwen.

Dit zijn de meest dure gebouwen ter wereld

Dure gebouwen
  1. Abraj Al Bait, Mecca, Saudi Arabia, 15 miljard dollar

 Met een hoogte van 601 meter is Abraj Al Bait het hoogste hotel ter wereld, met een vloeroppervlak van 1.500.000 vierkante meter en een capaciteit voor 100.000 personen. Het complex, ook bekend als de Makkah Royal Clock Tower, werd ontworpen door de in Libanon gevestigde architectengroep Dar Al-Handasah en beschikt over ’s werelds hoogste en grootste klok. De klok heeft een diameter van 43 meter en staat op een hoogte van 530 meter. Er wordt gezegd dat de klok van 30 kilometer afstand zichtbaar is. Het bovenste gedeelte van de klokkentoren is ontworpen door het Duitse architectenbureau SL Rasch en beschikt ook over een 23 meter hoge halvemaan gebouwd van glasvezel-backed mozaïek goud. Dure gebouwen 

Dure gebouwen Signapore

  1. Marina Bay Sands, Marina Bay, Singapore, 5.5 miljard dollar

Marina Bay Sans is het duurste resort ooit gebouwd met de bouwkosten van 5.5 miljard dollar. De constructie bestaat uit drie met elkaar verbonden 55 verdiepingen tellende torens en is gelegen in een gebied van 38 hectare, met het gebouw gefactureerd als ’s werelds duurste op zichzelf staande casino. De bouw werd voltooid in 2010, een jaar later dan gepland als gevolg van escalerende materiaalkosten en een tekort aan werknemers, en werd gecontroleerd door Ssangyong Engineering and Construction contractors, met ontwerp door Moshe Safdie. De architectuur en het ontwerp van het resort zijn allemaal goedgekeurd door feng shui-consultants.

Dure gebouwen sentosa

  1. Resorts World Sentosa, Singapore, 4.93 miljard dollar

De ontwikkeling van Resorts World Sentosa, gebouwd door het Maleisische conglomeraat Genting Group, bestaat uit hotels, casino en een aantal entertainmentattracties zoals het themapark Universal Studios. Het geïntegreerde aquarium van het resort beslaat een oppervlakte van 20 hectare en is het grootste ter wereld, met meer dan 800 soorten dieren. Hoewel de eerste bouw in 2009 werd voltooid, is Resorts World Sentosa verder uitgebreid, inclusief de toevoeging van The Marine Life Park in november 2012. Dure gebouwen 

Dure gebouwen Emirates Palace

  1. Emirates Palace, Abu Dhabi, UAE, 3.90 miljard dollar

Het zevensterren Emirates Palace in Abu Dhabi, geopend in 2005 en ontworpen door de Britse architect John Elliot, dient als het officiële gastenpaleis van de regering van Abu Dhabi en beslaat in totaal 850.000 vierkante meter. Het paleis, dat werd gebouwd als een manier om de Arabische cultuur en luxe gastvrijheid te tonen, bevat naar verluidt 110.000 m3 van 13 verschillende soorten marmer uit China, India, Italië en Spanje, en 1002 Swarovski kristallen kroonluchters.

 

Dure gebouwen Las Vegas

  1. Cosmopolitan of Las Vegas, Las Vegas, US, 3.90 miljard dollar 

De Cosmopolitan is een luxe casino en hotelresort aan de Las Vegas Strip, bestaande uit twee hoge torens, beide op 184 meter hoog. Hoewel gebouwd door het in Duitsland gevestigde bankbedrijf Deutsche Bank, werd het later verkocht aan Blackstone Group Corporation in New York voor 1,73 miljard dollar, minder dan de helft van de oorspronkelijke bouwprijs van 3,90 miljard dollar. Ondanks zijn toplocatie en gokvergunning wordt het resort nog steeds beschouwd als een financiële misser nadat het oorspronkelijk in 2008 failliet was gegaan.

Dure gebouwen New York

  1. One World Trade Centre, New York, US, 3.80 miljard dollar

Het One World Trade Center in New York City, beter bekend als de Freedom Tower, werd in 2013 voltooid om de dubbele toren van het oorspronkelijke World Trade Center te vervangen en te herdenken die tijdens de aanslagen van 9/11 vielen. De Freedom Tower dient niet alleen als een sterke herinnering aan de originele Twin Towers, maar dient ook als een industrieel knooppunt, het gebouw is verbonden met het leven in New York City door middel van de metro. Het gebouw heeft 71 verdiepingen aan kantoorruimte. Het stalen en betonnen frame is ontworpen door architect David Childs en heeft ook een herdenkingsmuseum van 9/11 en 17.000 vierkante meter winkelruimte.

Dure gebouwen Wynn Casino

  1. Wynn Resort, Las Vegas, US, 2.70 miljard dollar

Het Wynn Resort is US $ 2,70 miljard en is het zesde grootste hotel ter wereld. Vernoemd naar casino-ontwikkelaar Steve Wynn, heeft het resort verschillende onderscheidingen gewonnen, waaronder AAA vijf diamanten, Mobil vijf sterren, Forbes vijf sterren en Michelin vijf sterren rating. De Wynn beschikt ook over verschillende ‘primeurs’ voor resorts, zoals het eerste Las Vegas casino met een autodealer en de eerste die zowel een kamersleutel als een frequentiekaart voor een casino combineert in een enkele kaart. De ontwikkeling, die voor het eerst werd aangekondigd in augustus 2001 en de bouw in 2005 voltooide, zal ook in 2020 worden uitgebreid met de toevoeging van Wynn Paradise Park voor de geschatte kosten van US $ 1,5 miljard, inclusief extra hotelkamers en een lagune van 35 hectare. Dure gebouwen 

  1. Venetian Macau, Macau, China, 2.40 miljard dollar

Het Venetiaanse Macau ligt direct tegenover nummer 9 in de lijst, City of Dreams, en is qua oppervlakte het grootste casino ter wereld en tevens het zevende grootste gebouw ter wereld. Het resort, dat officieel werd geopend op 28 augustus 2007, beschikt over 170.000 vierkante meter casinoruimte met 3.400 gokautomaten en 800 goktafels. Daarnaast heeft het resort een zogeheten Cotai Arena met 15.000 zitplaatsen voor het organiseren van entertainment en sportevenementen. Het resort staat bekend om luxe en uitbundigheid, waaronder de Presidente Paiza 12-bay suite met vier slaapkamers, en is ontworpen door gerenommeerde architectenbureaus Aedas en HKS, Inc.

 

  1. City of Dreams, Macau, China, 2.4 miljard dollar

Het City of Dreams combineert het hotel met het casino en heeft een stijl met vier torens: Crown Towers Hotel, het Hard Rock Hotel en het Grand Hyatt Macau (dat twee torens overspant). Het drie verdiepingen tellende podium biedt meer dan 200 winkelfaciliteiten en 128.000 vierkante meter aan casinoruimte. Als onderdeel van de ontwikkeling van The City of Dreams is in 2017 een vijfde toren gebouwd, onder leiding van architect Zaha Hadid. Deze toren heeft veertig verdiepingen en heeft ongeveer 780 kamers, suites en sky-villa’s.

 

  1. Princess Tower, Dubai, UAE, 2.17 miljard dollar

Vanaf mei 2012 is de 414 meter hoge Princess Tower in Dubai het hoogste woongebouw ter wereld, volgens Guinness World Records. Naast de beruchte Burj Khalifa is het het op een na hoogste gebouw in Dubai en beschikt het over 763 wooneenheden, waaronder appartementen met één, twee en drie slaapkamers, appartement met 2 woonlagen en hoogwaardige penthouses. De bouw aan Princess Tower, eigendom van Tameer Holding Investment, begon in 2006 en werd voltooid in juli 2012. Dure gebouwen

 

Ook interessant… De projecten in Dubai die de skyline opnieuw definiëren

 

CBRE: Nederlandse kantoren naderen belangrijk klimaatstation

Afgelopen week publiceerde CBRE het onderzoeksrapport ‘Nederlandse kantoren naderen belangrijk klimaatstation’, waarbij is onderzocht hoe het landelijk én per stad zit met de energielabel-C verplichting. Landelijk gezien voldoet ruim 58% van de voorraad aan de labelverplichting, maar de verschillen tussen de Randstad en de rest van het land zijn groot. Het merendeel van de gemeenten houdt er een coulante handhaving op na, alhoewel dit per gemeente kan verschillen.

Belangrijker, verandering zou niet door wetgeving of handhaving moeten komen, maar vanuit de markt. Deze regelgeving is een horde naar een veel groter doel: Paris-proof in 2050. Gebouwgebonden CO₂-uitstoot en energieverbruik zijn daarbij belangrijkere graadmeters dan de huidige energielabels.

Gebouweigenaren kunnen het heft in eigen handen nemen door een roadmap met de natuurlijke renovatiemomenten tot 2050 op te stellen en die te koppelen aan verduurzaming in plaats van horde voor horde te nemen.

Amsterdam

Inmiddels voldoen zowat alle grotere kantoorruimtes (> 10.000 m²) in Amsterdam aan de energielabel C-verplichting. Gebouwen die tot voor kort nog niet voldeden, worden nu – of zijn onlangs – grootschalig gerenoveerd. Voor het deel van de voorraad dat nu niet voldoet (ruim 810.000 m²), geldt voor 135.000  m² een ander toekomstplan. Deze kantoorruimte wordt in de komende periode óf getransformeerd óf grootschalig gerenoveerd. Voor meer dan 15% van de niet-duurzame voorraad is dus al een oplossing gevonden voordat er nieuwe wetgeving intreedt.

Rotterdam

Hoewel Rotterdam een relatief verouderd kantoorbestand heeft, presteert de havenstad bovenmatig goed met oog op de nadere energielabelverplichting. Verreweg het merendeel (84%) van de totale voorraad voldoet nu al aan de C-criteria en 53% van de voorraad heeft zelfs een A-label of beter – overigens wel een handje geholpen door stadsverwarming.

Den Haag

Bijna 86% van de voorraad is klaar voor nieuwe wetgeving, inclusief een flinke voorraad kantoren zonder C-label-verplichting vanwege een monumentale status (16%). Zo’n 9% heeft nu een D-label of slechter, terwijl ca. 5% überhaupt geen geldig label heeft. De trek naar het central business district, in combinatie met een zeer smalle ontwikkelpijplijn, maakt grootschalige moderne kantoorruimte behoorlijk schaars. Met een leegstandsniveau van minder dan 4% (onder het frictieniveau) heeft Den Haag amper ‘schuifruimte’. Ingrijpende renovaties zijn uitdagend, want tijdelijke huisvesting die aan de eisen voldoet en met een goede ov-bereikbaarheid is moeilijk te vinden.

Utrecht

Van de 25 gemeenten met de grootste kantorenvoorraad, is Utrecht de duurzaamheidskoploper. Ruim 93% van de kantoren is er klaar voor nieuwe wetgeving en bijna 64% heeft zelfs een A-label, of beter. Slechts 3,6% moet het met een ‘D’ of lager stellen, en 3% heeft op dit moment nog helemaal geen energielabel.

Eindhoven

Eindhoven is een middenmoter in de verduurzaming van de kantorenmarkt. Afgezet tegen het totale aantal beschikbare vierkante kantoormeters, staat de ‘lichtstad’ op plek 13 in de nationale top 25. Bijna 81% van de voorraad voldoet aan label-C en is dus klaar voor de nieuwe wetgeving. 48% hiervan heeft zelfs een A-label, of beter. Daar staat wel een flink aandeel tegenover met een D-label, of slechter (ruim 13%). Bijna 6% van de voorraad heeft helemaal geen geldig energielabel.

Zwolle

De Zwolse kantorenmarkt zit onder in de middenmoot als het gaat om de label C-verplichting. Van de 25 grootste kantorensteden staat Zwolle op plek 15. Op dit moment voldoet 12,2% van het kantoorvolume niet aan de verplichting, en voor nog eens 9,3% is dit onzeker. Dit betekent dat bijna een kwart van de kantoormeters momenteel de wettelijke norm niet zal halen en vanaf 2023 mogelijk sluiting riskeert.

 

Klik hier om het volledige rapport te lezen.

Bouwen we nog dit decennium de eerste Vertiports? Volgens Uber en Airbus wel

De architectonische details van een nieuw soort vervoersknooppunt zorgen voor het stadsgezicht van de toekomst. Is dit de eerste stap voor ‘taxidrones’?

De sci-fi droom van vliegende taxi’s wordt serieus. Start-ups over de hele wereld onderzoeken deze mogelijkheden van transport. De eerste tekenen dat vliegende taxi’s mainstream zijn geworden. Je hoeft niet verder te zoeken dan ruimtevaartgigant Boeing. Het kondigde laatst de oprichting aan van het futuristische ‘NeXt’. Het eerste project is een vliegende taxi!

Maar hoewel het gemakkelijk is om een vliegende taxi voor te stellen die zijn passagiers langs de skyline van een stad vervoert, is een hele vloot een andere zaak. Misschien komen de meest waarschijnlijke ideeën nu van Uber.

Uber is de bekendste speler die de vliegende taximarkt binnendringt. Ze kijken naar testmarkten in Dallas, Los Angeles en Dubai, waar binnen enkele jaren nieuwe voertuigen beginnen te vliegen. Uber wil dat deze nieuwe vliegende voertuigen:

  • Elektrisch zijn;
  • In massa worden geproduceerd;
  • In staat zijn om verticaal op te stijgen en te landen;
  • En in aantal genoeg om 1.000 starts en landingen per uur te ondersteunen vanaf één vertiport.

Er zijn simpelweg niet genoeg piloten om tot dat niveau op te schalen, dus het vliegtuig moet op een dag autonoom vliegen.

Lucht- en ruimtevaartbedrijven ontwikkelen al jaren het soort drones en rotorvliegtuigen die kunnen worden aangepast tot een zelf vliegende taxi. Maar niemand heeft ooit een soort vertiport gemaakt waar deze vliegende taxi’s kunnen parkeren.

 

“De grootste operationele barrière voor het inzetten van een VTOL-vloot in steden is een gebrek aan voldoende locaties om landingsplatforms te plaatsen,”

zegt Uber in zijn uitgebreide whitepaper over zijn Elevate-inspanningen.

“Zelfs als VTOL’s vandaag gecertificeerd zijn om te vliegen, hebben steden eenvoudigweg niet de nodige start- en landingsplaatsen voor de voertuigen om op schaal te opereren.”

Om dit probleem op te lossen, vroeg Uber om inzendingen van architecten om zich voor te stellen hoe de grondinfrastructuur eruit zou zien. Het gaat hier om meer dan opscheppen. De winnende bedrijven zouden een voorsprong hebben op het bouwen van toekomstige vertiports en volgens Uber komen er genoeg van in de toekomst.

Het architectenbureau Corgan reageerde op de oproep en creëerde een ‘Mega Skyport’ die paste bij de criteria van Uber en de eigen ideeën van het bedrijf over toekomstig stadsontwerp. Dat begint met hun voorgestelde locaties voor vertiports: dwars op bestaande wegen.

Vertiports

Deze nieuwe vertiports zijn ontworpen om veel vierkante meters te pakken, maar minimale m2 op de grond innemen. Dat idee leidde tot het 540 voet hoge brugontwerp dat Corgan voor ogen heeft. Het Mega Skyport is centrum ontworpen om mensen bij elkaar te brengen met winkels, restaurants en mogelijk woningen. Het zou dienen als een hub voor het openbaar vervoer inclusief treinstation. Er is natuurlijk een plaats voor Uber-auto’s (met of zonder chauffeurs) om passagiers af te zetten.

 

Ook ideeën voor Vertiports van Nederlandse bodem

De Nederlandse architectuur- en stedenbouwpraktijk MVRDV heeft samengewerkt met Airbus, Bauhaus Luftfahrt, ETH Zürich en Systra ook een ontwerp gemaakt. Het project laat zien hoe mensen vliegende voertuigen effectief kunnen integreren in  stedelijke omgevingen. In wezen zijn vertiports fraaie landingshubs om het nieuwe luchtnetwerk te verbinden met de bestaande transportsystemen op de grond, zoals treinen, metro’s en bussen. Aangezien men niet een vaste weg of een spoor naar een vertiport hoeft te volgen, kunnen reizigers rechtstreeks vanaf het balkon opstappen.

“Naarmate steden ‘dichter’ worden en technologieën verbeteren, wordt het steeds duidelijker dat de echt driedimensionale stad, een stad met vliegende voertuigen, zeker een van de mogelijkheden van de toekomst is”

zei Winy Maas, oprichtingspartner van MVRDV. Er moeten nog een paar hindernissen worden genomen voordat deze toekomst werkelijkheid wordt, maar deze eeuw vliegen we volgens Uber en Airbus in drones door de stad.

 

 

Sto Isoned

Bewust bouwen met Sto.

Als gevelspecialist bouwt Sto al 60 jaar aan een mooiere en energiezuinige gebouwvoorraad, wereldwijd. In nauwe samenwerking met onze partners ontwikkelen wij innovatieve gevelisolatiesystemen, waarbij we ook de balans tussen ecologie en economie niet vergeten. Bouwen met Sto betekent duurzaam bouwen en renoveren. Bewust bouwen.

 

Ook in Nederland is Sto al jaren actief. Eind jaren ’70 verkocht Jan van Wijk thermische isolatie systemen onder de ISPO-vlag. Later zou ISPO overgaan in Isoned. In 2002 fuseerden Sto en ISPO, waaruit het huidige Sto Isoned is ontstaan. Sto is inmiddels wereldwijd marktleider op het gebied van gevelisolatie. Ook in Nederland.

Als partner van woningcorporaties, architecten, huiseigenaren en vastgoedinvesteerders ondersteunen wij hen in de realisatie van een esthetische en energetische upgrade van de Nederlandse vastgoedvoorraad. Daarbij geloven wij in de kracht van vakkundige ondernemers om dit te realiseren. Als vernieuwer in de schilders- en stucadoorsbranche voorzien wij deze professionals van innovatieve producten en systemen.

Energiebesparende verbouwingen, hoe doe je dat?

Energielabel regels

Energielabel

Indien u een bedrijfspand wilt verhuren of verkopen is een energielabel vaak verplicht! Het zakelijke energielabel informeert een koper of huurder over het energieverbruik van bedrijfs-onroerend goed. Daarnaast geeft dit label de mogelijke energiebesparende maatregelen weer. Een energielabel is 10 jaar geldig en worden afgegeven door BRL- gecertificeerde energieadviseurs. Gebouwen waar mogelijk een energielabel geëist wordt zijn scholen, horeca, sporthallen, ziekenhuizen, horecapanden, kantoorpanden, winkelruimten en bedrijfsverzamelgebouwen. Energiebesparende verbouwingen bedrijfspanden

Energiemanagement

Natuurlijk wilt u een zo duurzaam mogelijk bedrijfspand. Maar wat kost het en wat zijn de energiebesparende voordelen? Naast dat de bewustwording van de gebruiker belangrijk is, kan de eigenaar van het bedrijfspand veel duurzame maatregelen nemen. De drie grootste energieverbruikers zijn verwarming, ventilatie en verlichting. Het is logisch dat wanneer u de gloeilampen vervangt door spaarlampen en tochtstrips aanbrengt op de deuren u een besparing zult doen. Maar zowel uw bedrijfspand als de aanwezige apparatuur en installaties hebben de grootste invloed op uw energieverbruik. Het is dan ook raadzaam om voor de energiebesparende mogelijkheden binnen deze systemen advies in te winnen bij gespecialiseerde bedrijven.

EIA (Energie investeringsaftrek)

Bij nieuwbouw of renovatie van een bedrijfspand is vaak subsidie mogelijk. Naast lokale subsidies zijn er ook landelijke subsidieregelingen en de fiscale maatregelen. Deze zijn beschreven op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (www.rvo.nl). Zie bijvoorbeeld een overzicht van de nieuwste bepalingen bij duurzame verbouwingen. Energiebesparende verbouwingen bedrijfspanden

Wil je meer weten over energie besparende verbouwingen? Lees hier meer!

Lees hier zo hoe duurzame energiesystemen kansen bieden voor Nederlandse vastgoed professionals.

Wat kost een elektrische laadpaal en wat levert het op?

Elektrische laadpaal kantoor

Elektrisch rijden wordt de norm. Dat wist u al. Maar wist u ook dat de Europese Commissie heeft bepaald dat elektrische laadpalen vanaf 2020 verplicht zijn bij nieuwe en gerenoveerde bedrijfspanden met meer dan 10 parkeerplaatsen? Tijd dus om in actie te komen. Onze handige rekentool geeft u snel inzicht in de kosten en opbrengsten van laadpalen. Elektrische laadpaal kantoor

De nieuwe regels van laadpalen in een notendop

Tenminste 1 laadpaal per 10 parkeerplaatsen is één van de Europese maatregelen om de omschakeling naar schone energie te versnellen. Daarnaast moet voor iedere 5 parkeerplaatsen de bekabeling aanwezig zijn voor extra laadpunten. Hiermee wordt elektrisch rijden gestimuleerd en hoopt de Nederlandse overheid het streefaantal van 1 miljoen elektrische auto’s in 2025 te halen.

Drie redenen om nu in laadpalen te investeren

Behalve dat het vanaf 2020 verplicht is, zijn er meer redenen om laadpalen neer te zetten:

1. DE INVESTERING IS LAGER DAN U DENKT

Een laadpaal lijkt misschien een flinke investering, maar in de praktijk valt dit vaak erg mee. Met onze rekentool krijgt u gevoel bij de eenmalige installatiekosten en de maandelijkse uitgaven.

Door belastingvoordelen en eventuele subsidies kunnen de kosten flink naar beneden. Voorbeelden hiervan zijn de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). Daarnaast zijn er vaak regionale en lokale subsidies waar u gebruik van kunt maken. Informeer hiernaar bij uw gemeente.

2. EEN LAADPAAL VERDIENT ZICHZELF TERUG

U kunt de laadpaal puur als service zien voor uw werknemers en bezoekers, maar u kunt (bepaalde) gebruikers er ook voor laten betalen. Met een laadpas of druppel weet u precies wie het oplaadpunt gebruikt en kan de laaddienstverlener de stroomkosten eenvoudig verrekenen. Kiest u ervoor om voor bepaalde gebruikers een hoger tarief te hanteren? Dan kan een laadpaal zelfs geld opleveren.

In onze rekentool ziet u direct hoeveel uw investering in een laadpaal kan opleveren

3. EEN SLIMME MANIER OM BIJ TE DRAGEN AAN DE ENERGIETRANSITIE

Duurzaamheid staat hoog op de agenda van veel bedrijven en werknemers worden steeds milieubewuster. Laadpalen zijn een relatief eenvoudige en zichtbare manier om hier invulling aan te geven. Met laadpalen voor de deur is het direct duidelijk dat u duurzame mobiliteit belangrijk vindt en werknemers stimuleert om elektrisch te gaan rijden. Bovendien kunt u, afhankelijk van de energieleverancier die u kiest, de laadpalen van lokale en groene stroom voorzien. Elektrische laadpaal kantoor