Verlichting op kantoor. Aan welke eisen moet je voldoen?

Verlichting is cruciaal op kantoor. Niet alleen voor het werk verzetten zelf, maar ook voor de sfeer die je wil uitstralen naar klanten of bezoekers. Welke verlichting je op kantoor toepast hangt af van verschillende factoren. Denk aan de functie van het kantoor, de stijl die je wil uitstralen en natuurlijk ook het budget dat je hiervoor beschikbaar hebt.

Er zijn een aantal eisen waaraan verlichting voor kantoor moet voldoen. Zo is het belangrijk dat de verlichting niet verblindend is en ook niet schadelijk voor de ogen. Daarnaast moet de verlichting ook gelijkmatig verdeeld zijn, zodat er geen felle lichtvlekken ontstaan. Het is ook belangrijk dat de verlichting instelbaar is, zodat je de verlichting kunt aanpassen aan de wensen van het moment. Tot slot moet verlichting voor kantoor energiezuinig zijn, om zo de kosten te besparen. Als je aan al deze eisen voldoet, dan kan verlichting op kantoor perfect functioneren en ervoor zorgen dat je prettig en productief kunt werken.

Minimale eisen aan kantoorverlichting in lux

Lux is de maateenheid voor lichtintensiteit. Het woord “lux” komt van het Latijnse woord voor licht, Lux. De gemiddelde lichtintensiteit in een door de zon verlichte ruimte is ongeveer 100.000 lux. De lichtintensiteit in een kamer die zwak verlicht wordt door een kaars is ongeveer 1 lux. De minimale gemiddelde lichtintensiteit voor een kantoorwerkplek is 500 lux. Deze waarde is van toepassing op het gebied waar men effectief werkt. Dit gebied is duidelijk kleiner dan een heel bureau. In de directe omgeving (50 cm) mag de lichtintensiteit lager zijn, met een minimum van de vorige stap in Lux-waarden. In dit voorbeeld 300 Lux. De minimale gemiddelde lichtintensiteit voor de achtergrond (> 3 m) is minimaal een derde van de directe omgeving. Op werkbladen waar daadwerkelijk continu gewerkt wordt, is 200 Lux een minimum.

EN 12464

EN 12464 is een Europese norm voor de verlichting van binnenruimten. Deze norm legt de minimale en maximale verlichtingssterkte vast, afhankelijk van de lichtbehoefte van de activiteit die plaatsvindt in een bepaalde ruimte. Wanneer de lichtbehoefte hoger is dan normaal, dan dient men de minimale waarde van de gemiddelde verlichtingssterkte te verhogen. Dit principe geldt voor alle ruimten, of het nu gaat om kantoren, scholen, ziekenhuizen of andere openbare ruimten. EN 12464 is dus een belangrijke norm voor alle bedrijven en organisaties die zich bezighouden met het ontwerp en de bouw van binnenruimten.

Lees ook het verhaal van The Good Light group

 

 

Installatiearchitect de designers van slimme gebouwen

Wat gebouwen slim maakt? Installaties die op elkaar afgestemd zijn. En eenvoudige -desgewenst geautomatiseerde- bediening. Een open platform waar alle elementen samenkomen, maakt het geheel af. Zo hoeven gebouwbeheerders geen keuze te maken voor één specifiek merk, maar kunnen ze kiezen uit de producten van de diverse fabrikanten. Het resultaat? Energiebesparende en comfortabele gebouwen om in te werken, te leren, te genezen of te wonen. We praten erover met Barry Gaal en Roald de Jong, respectievelijk eigenaar en MT-lid van Elektropartners.

Elektropartners laat zich misschien wel het beste omschrijven als installatie-architect. Het bedrijf uit Heerhugowaard realiseert installatietechnische ontwerpen die -eenmaal uitgevoerd- zorgen voor een optimaal functioneren van het betreffende gebouw. Uiteraard volledig toegespitst op de functie. Dat geldt voor utiliteitsgebouwen als ziekenhuizen, verpleeghuizen en scholen, maar ook voor kantooromgevingen en woningbouw.

 

Het is geen geheim dat de meeste ontwikkeling in installaties zit.

 

Alles in hetzelfde gebouwbeheersysteem

‘Slimme technologie staat centraal. In ons eigen huis, maar ook daarbuiten,’ vangt Barry aan. ‘Er zijn ongelooflijk veel merken op de markt. Om de apparatuur van deze merken optimaal met elkaar te laten samenwerken, koppelen wij deze aan het open platform van KNX. Gebruikers besturen via dit gebouwbeheersysteem eenvoudig alle apparatuur aan: werktuigbouwkundige installaties, zonwering, speakers, verlichting, elektrische sloten enzovoort. Natuurlijk hebben we ook ons eigen pand slim gemaakt. In ons all electric onderkomen openen we de deur met een tag, ontkoppelen op dezelfde manier het alarm en hebben ons gebouw zo ingericht dat licht, verwarming en ventilatie hierop reageren.’ Uit de woorden van de nuchtere directeur van Elektropartners zou je kunnen opmaken dat de integratie van systemen in gebouwen relatief gemakkelijk is. Maar dat het bepaald geen abc’tje is, blijkt uit het feit dat er in de regio waarin Elektropartners opereert slechts enkele bedrijven zijn die deze expertise in huis hebben. Sterker nog, de Vue bioscopen in Alkmaar, Eindhoven en Heerhugowaard klopten bij de Heerhugowaardse onderneming aan voor de realisatie van de eerste Dolby cinemazalen van Europa.

 

BENG realiseer je niet met stenen

Roald vult aan: ‘In de nieuwbouw is BENG een leidende factor, ook in de utiliteit. En een Bijna Energieneutraal Gebouw realiseer je niet alleen met stenen en isolatiemaatregelen. Daar zijn ook installaties voor nodig, denk aan zonnepanelen, warmteterugwin-installaties en oplossingen als zonneboilers. Door deze installaties op elkaar af te stemmen -door bijvoorbeeld overtollige zonne-energie in te zetten voor warmte in warmtepompboilers- geef je verduurzaming en besparing een extra boost.’

‘Om deze ontwikkeling -ik doel op verduurzamingextra kracht bij te zetten, maken we tevens gebruik van LoRaWan, een langeafstands laag frequentieprotocol. LoRa maakt het mogelijk om data tussen verschillende objecten uit te wisselen. Wij zetten LoRa onder meer in voor de monitoring van energieverbruik. Een hoofdmeter meet alleen bulkverbruik, middels sensoren in stickervorm kunnen we verbruik per installatie uitlezen. Met dit systeem is het tevens mogelijk om waterverbruik te monitoren en ook het meten van temperatuur in de waterleiding behoort tot de mogelijkheden. Zo monitoren we mogelijke gunstige situaties voor het ontstaan van legionella in de leidingen. De gebouwbeheerder krijgt automatisch het signaal om de leidingen door te spoelen.’

 

Kostenreductie in gebouwbeheer

Elektropartners loopt overduidelijk ver vooruit in het toepassen en koppelen van slimme oplossingen, maar het bedrijf is er ook voor eenvoudiger opdrachten als het uitlezen van cv-ketels. Door ketels 24/7 te monitoren, wordt verbruik inzichtelijk en worden storingen door preventief handelen voorkomen. Dat Elektropartners steeds vaker wordt gevraagd aan de voorkant mee te denken, heeft alles met de opgebouwde kennis en kunde te maken. ‘Wij zijn dag-in-dag-uit bezig met het bedenken van nieuwe oplossingen en weten precies wat er te koop is,’ vertelt Roald. ‘En dat wordt opgemerkt. Ook door grote partijen als Univé, VUE, Bejo Zaden, Vezet en de populaire muziekhal in Amsterdam.’

Bouwteampartner

‘Het is geen geheim dat de meeste ontwikkeling in installaties zit. Daarom worden we steeds vaker gevraagd om deel te nemen aan bouwteams,’ valt Barry bij. ‘Het helpt ons begrijpen hoe een eindgebruiker een gebouw wil gebruiken, dat zie je namelijk onvoldoende in het ontwerp. Op het moment dat wij aan tafel komen, is de opdrachtgever zeker van de meeste innovatieve oplossingen voor zijn project en hiermee van een slimmer gebouw. Gelukkig raken ook steeds meer aannemers hiervan overtuigd. Door de traditionele hiërarchie los te laten, lukt het ons een slimmer gebouw te realiseren tegen dezelfde en vaak zelfs lagere kosten. Bovendien stelt het ons in staat partner te worden van een gebouweigenaar. En dat is waar we graag naartoe willen. Met meerjarenonderhoudsplannen -MJOP’s- kunnen we de continuïteit van de installaties waarborgen en het complete systeem blijvend optimaliseren. Nee, dat betekent niet dat een gebouweigenaar nooit meer gebruik kan maken van de expertise van een andere elektropartner. We werken uitsluitend met open platforms waar andere kundige bedrijven ook mee uit de voeten kunnen.’

Over Elektropartners

Elektropartners werd in 1962 opgericht. René Gaal, de vader van eigenaar Barry, nam het bedrijf in 1987 over. Toen Barry in 2004 werd gevraagd toe te treden tot het bedrijf, twijfelde hij geen moment. Maar hij wil wel zaken veranderen. Toen hij een jaar later het bedrijf overnam, voegde hij de daad bij het woord. Het bedrijf werd opgeschud en opgefrist en de bedrijfsprocessen werden kritisch onder de loep genomen. Het bedrijf is gegroeid van 30 mensen naar 100 mensen en hebben alle expertises in eigen huis. Het resulteerde in een gezond bedrijf onder leiding van een managementteam én de oprichting van zusterbedrijven Protectiepartners en Domoticapartners.

 

Klik hier voor meer informatie over Elektropartners

Lees hier meer een artikel over installaties en defensie

 

Wat maakt een gebouw echt slim?

‘Wat een gebouw echt slim maakt? Dat hangt ervan af vanuit welk perspectief je naar een gebouw kijkt. Ben je eigenaar, beheerder of gebruiker?’ René van der Vlugt, voormalig Business and Digital Transformation Lead bij Microsoft was nauw betrokken bij de transformatie van het traditionele Microsoft-kantoor op Schiphol tot een smart building. En dat smaakte naar meer. In januari 2020 richtte hij WRKPLC op. Met deze organisatie biedt hij gebouweigenaren, beheerders en ondernemers de helpende hand in de realisatie van slimme gebouwen.

‘Op dit moment werk ik in opdracht van een gebouweigenaar aan het slim maken van een gebouw aan de Zuidas. Het doel van deze -en de meeste- gebouweigena(a)r(en) is inspelen op de allerlaatste trends om hiermee een onderscheidend vastgoedportfolio te realiseren. Zeker op de Zuidas is er behoorlijk concurrentie in het aantrekken van huurders. Het bieden van een slimme werkomgeving is dus bijna een licence to operate. Het gaat allang niet meer over het verhuren van zoveel mogelijke vierkante meters aan een huurder, maar juist om het optimaliseren van de gehuurde kantoorruimte.’

In een écht slim gebouw gaat het niet alleen op technologische oplossingen

‘Voor een beheerder heeft een slim gebouw vooral te maken met energiebesparing, de mate van Parisproof zijn en de mogelijkheid om de verschillen tussen prognose en daadwerkelijk verbruik te kunnen meten zodat zaken als energieverbruik en luchtvochtigheid kunnen worden geoptimaliseerd. En je hebt ook gewoon de gebruiker van een gebouw. Voor hem of haar is een gebouw pas slim als het bijdraagt aan productiviteit. Kom je gemakkelijk binnen? Is jouw werkplek comfortabel? Doen alle installaties wat ze moeten doen?

Gebouwen met potentie

René beweert dat veel zogenoemde smart buildings feitelijk nog steeds relatief dom zijn. Zeker in de periode kort na oplevering. Gebouweigenaren en -beheerders hebben vaak geen idee hoe het gebouw zich gedraagt en hoe ze het optimaal kunnen beheren. ‘Zonde, want in gebouwen die zijn uitgerust met de juiste technologische structuur zit enorm veel potentie.’

‘Het is een misverstand dat je met het plaatsen van een sensor en andere slimme toepassingen een slim gebouw creëert. Zo’n sensor is een aardige eerste stap. Het draait vervolgens om het verzamelen van data, om het inzichtelijk maken van de resultaten en om het vertalen naar acties. Is de data betrouwbaar? Kun je het interpreteren? Zijn de rapportages juist? En: wat is de locatie van de sensor? Hangt deze in de ontvangsthal of in een concentratieruimte? Door data inzichtelijk te maken, kun je bijvoorbeeld de oorzaken van de verschillen in gebruik tussen twee op het oog identieke vergaderruimtes achterhalen. Komt het door de akoestiek? Stijgt het CO2-gehalte tijdens vergaderingen te snel? Deze laatste situatie speelde bij Microsoft. Vanwege de ligging op Schiphol was een eenvoudige oplossing als het raam openen geen optie. Dat betekende dat we de functie van de ruimte moesten aanpassen. Kort door de bocht: dat is niet iets wat een sensor meet.’

De sensor is slechts het begin

‘Bij Microsoft was er sprake van een flink percentage no shows in geboekte vergaderruimtes. Het systeem koppelde een geplande vergadering automatisch aan een vergaderruimte. Ook als het een virtuele meeting was. Niets no show dus, maar incorrecte communicatie tussen de agenda en het boekingssysteem. Het zijn op zichzelf kleine aanpassingen, maar je moet ze wel integreren in het systeem. En dat is dus niet iets wat een sensor voor je doet. Daar moet je een proces voor optuigen.’

‘In een écht slim gebouw gaat het niet alleen op technologische oplossingen. Het is een totaalplaatje. Mensen willen niet werken in een omgeving waar overgebleven voedsel aan het einde van de dag wordt weggegooid. Of op een plek waar ze eerst langs de ICT-afdeling moeten wanneer ze hun huurauto -met ander kenteken- willen parkeren op de bedrijfsparkeerplaats. Of in een vergaderruimte dat nog vol staat met servies van de vorige groep. In een écht slim gebouw wordt ook hier over nagedacht.’

Kijkje in de toekomst

‘Er zijn meerdere trends waarlangs je de toekomst van een gebouw kunt beschrijven. Nu hebben we het voornamelijk over plaats- en tijdonafhankelijk werken. In de nabije toekomst -covid helpt het proces een handje- gaan we ook steeds vaker bedrijfsonafhankelijk werken. Grootschaliger dan nu al gebeurt dus. Dat betekent dat een gebouw niet meer één, maar meerdere huurders heeft. Dan is de vraag hoe een slim gebouw dat soort concepten gaat faciliteren. Ik verwacht bovendien dat het adaptieve vermogen van gebouwen naar gebruikers steeds groter wordt. En natuurlijk zit de grote winst van een slim gebouw ook in verduurzaming. Daar zit een groot stuk toekomstmuziek.’

Whitepaper: Duurzaam binnenklimaat

Whitepaper duurzaam binnenklimaat

In Nederland brengt de gemiddelde werknemer 85% tot 90% van zijn tijd binnen vier muren door. Helaas blijkt de lucht die daar wordt ingeademd niet altijd even gezond te zijn. Onderzoek van TNO wijst namelijk uit dat in driekwart van de gebouwen de klimaatregelingen niet optimaal zijn afgestemd op het gebruik van het gebouw. Hierdoor ligt het ‘sick building syndrome’ op de loer met allerlei specifieke gezondheidsklachten zoals hoofdpijn, keelpijn en concentratiestoornissen. Deze klachten mogen op het eerste gezicht onschuldig lijken, maar moeten uitermate serieus worden genomen. Op de lange termijn hebben ze namelijk een negatieve invloed op het ziekteverzuim, de productiviteit en de uiteindelijke personeelskosten. En aangezien personeelskosten voor 90% de kostenstructuur van een organisatie bepalen, heeft iedereen baat bij een gezond binnenklimaat. Whitepaper duurzaam binnenklimaat

In deze whitepaper gaat De Installatieadviseur in op de belangrijkste oorzaken en gevolgen van een slecht binnenklimaat. Hierin worden zowel de gezondheids- als de financieel-economische aspecten belicht. Whitepaper duurzaam binnenklimaat

Duurzaam binnenklimaat

Er wordt een korte uitleg gegeven over:

  • 9 fundamenten van een gezond gebouw
  • Luchtkwaliteit
  • Thermisch comfort
  • Akoestiek
  • Wat levert een gezond gebouw op voor werknemer, werkgever en ontwikkelaar?

 

Download hier de whitepaper

 

Dura Vermeer opent Inspiration Centre

Het Dura Vermeer Inspiration Centre is volledig ontworpen als een professionele, hedendaagse netwerkplek waar co-creatie, samenwerken, talenten bundelen en leren van elkaar centraal staan. Het onderkomen bestaat uit twee gebouwdelen, die met elkaar zijn verbonden door een transparante ontvangstruimte met open trappen. Qua inrichting en interieur is alles gericht op ontmoeten, inspireren en verbinden met inspiratieruimtes, ontmoetingshoekjes en comfortabele werkplekken, verspreid over 7.500 vierkante meter. Ronald Dielwart, lid van de Raad van Bestuur: “Het Dura Vermeer Inspiration Centre moet een plek worden waar we graag verblijven. Om te werken, te overleggen en kennis uit te wisselen. Door deze verbinding kunnen wij onze strategie, eigen toekomstambities én die van onze opdrachtgevers en klanten realiseren en zijn wij nog beter opgewassen tegen toekomstige uitdagingen.”

Een goed voorbeeld daarvan is THUIS, de royale showroom van Dura Vermeer die geïntegreerd is in het Dura Vermeer Inspiration Centre. Kopers van door Dura Vermeer ontwikkelde woningen kiezen hier niet alleen hun nieuwe uitbouw, keuken of sanitair uit maar staan direct in contact met de cultuur, sfeer én de medewerkers van Dura Vermeer. Naast de showroom zijn ook de groene brasserie en het indrukwekkende auditorium gericht op ontmoeting, inspiratie en verbinding.

DUURZAAM, DIGITAAL, INNOVATIEF

In de ontwikkeling van het Dura Vermeer Inspiration Centre komen de drie strategische vernieuwingsambities van Dura Vermeer samen: duurzaamheid, digitalisering en innovatie. Het kantoor voldoet aan de prestatie-eisen BREEAM Excellent. De staalconstructie is demontabel en herbruikbaar in de toekomst. De gevel bestaat uit duurzaam hout, aluminium panelen en energieopwekkend glas. Slimme sensoren in de beglazing sturen de zonwering aan en helpen zo een optimaal binnenklimaat te bewaken. “Het gebouw is eigenlijk een portfolio van het bedrijf,” zegt wethouder Klaas Verschuure. “In dit gebouw zie je terug wat er technisch mogelijk is als het gaat om duurzaam en circulair bouwen. Het is symbolisch heel toepasselijk dat de opening plaatsvindt in de Week van de Duurzaamheid.”

GROENER DAN GEWOON GROEN

Naast mensen speelt een duurzame werkomgeving een hoofdrol in het Dura Vermeer Inspiration Centre. De indoor tuin, de hoge groenwand en veel planten dragen bij aan zuurstofrijke lucht. Moderne filters zorgen voor een extreem schoon binnenklimaat. De grote daktuin versterkt het groene karakter van het gebouw. Peter Krop. “Het is ontzettend interessant om te zien hoe je een omgeving kan creëren waarin mensen beter presteren door groen te verweven met ontmoeten, verbinden, inspireren. Een mooie toevoeging die bijdraagt aan een gezonde werk- en leefomgeving in Nederland.”

 

Dit gebouw ventileert via de vloer

AFBEELDING: MVSA ARCHITECTS EN HOLLAND CASINO

Vanwege de bijzondere vorm en de interactieve led-gevel rijdt niemand het Holland Casino in Venlo straks ongemerkt voorbij. Door het iconisch ontwerp valt het gebouw op. Maar het gaat ook om de dingen die je niet ziet. ‘Alles ligt in de vloeren’, vertelt Roel Weijenberg van Croonwolter&dros. “Het is een duurzaam pand in een heel modern architectonisch jasje”, zegt Roel Weijenberg. Hij is als projectmanager van Croonwolter&dros bij de bouw van Holland Casino Venlo betrokken.

 

Het casino ligt op een belangrijke toegangsweg voor de stad en vormt daarmee een visitekaartje voor Venlo. Duurzaamheid vormt een belangrijk thema voor de gemeente. Dat leverde een extra reden voor de samenwerkende partijen op om ambitieus op het thema in te zetten. “Wij zien dat men hier echt het voortouw heeft genomen om nieuwe bouwelementen te implementeren”, aldus Weijenberg. Zo is PV-folie geïntegreerd in het dak. Daardoor kan het casino zonlicht als energiebron gebruiken, zonder de toepassing van opvallende zonnepanelen. Daarnaast bestaat het (demontabele) skelet van het gebouw grotendeels uit hout. Dat levert een minder hoge CO2-uitstoot op dan bijvoorbeeld beton. Ook wordt het pand gedeeltelijk gekoeld en bevochtigd met regenwater. Dat water wordt daarnaast gebruikt om de toiletten door te spoelen.

Minder baanbrekend, maar zeker niet minder belangrijk is de toepassing van goede isolatie. De meest duurzame energie is namelijk de energie die een pand niet gebruikt. Daarom is Weijenberg trots dat het casino in plaats van twee, maar één elektrotechnische aansluiting nodig heeft. Dat werd grotendeels mogelijk door die goede isolatie. Het gebouw bevat houtskeletbouw-wanden van 20 tot 25 centimeter dik die gevuld zijn met houtwolisolatie. Ook slimme technieken helpen een handje bij de energiebesparing. Zo wordt het gebouw energiezuinig gekoeld met behulp van natuurlijke luchtstromen en het eerdergenoemde regenwater.

Alles in de vloer

Opvallend aan het Holland Casino Venlo is dat veel installaties zich in de holle vloer bevinden. Veel van de elektrotechnische infrastructuur is daarin opgenomen. Tegelijkertijd doet de holle vloer dienst als koel- en verwarmingssysteem. “Je blaast verwarmde of gekoelde lucht via de vloer door de roosters de ruimte in. Dus je ervaart het ook meteen”, vertelt Weijenberg. Het gaat om lage temperatuur verwarming en hoge temperatuur koeling in combinatie met warmtekoude-opslag en warmtepompen. De holle vloer zorgt ook voor luchtverversing en biedt daarmee een alternatief voor een groot luchtkanalensysteem. Dit bespaart materialen.

Deze zogenoemde ‘slimline vloer’ moet het comfort van gasten verhogen door de ‘snelle’ wijze van koelen of verwarmen. Het systeem werkt sneller dan een meer traditionele vloerverwarming of -koeling. Daarbij duurt het enige tijd voordat de temperatuur in de ruimte verandert. Dat komt doordat het beton eerst moet opwarmen of koelen. Dit duurt niet alleen langer, maar is ook slechter voor het milieu vanwege de energie die dit kost.

Weijenberg ziet vanwege het flexibele karakter en de energie-efficiëntie voordelen voor de toepassing van dit soort vloeren in andere gebouwen, zoals kantoren. “Dit zou een heel goede optie zijn.” Toch ziet hij ook uitdagingen. Zo moeten architecten en ontwerpers al aan de tekentafel rekening houden met deze manier van bouwen. Daarnaast vraagt hij zich af in hoeverre het duurder is dan traditioneel bouwen. In de gebruiksfase liggen de kosten naar zijn idee wel lager.

Het nieuwe bouwen

Weijenberg herkent een aantal bouw-trends in het Holland Casino Venlo die ook elders plaatsvinden. Zo neemt de aandacht voor bouwen met hout in de bouwsector toe en proberen bouwkundige aannemers duurzamer en efficiënter te bouwen. “Zij stappen langzaam af van het traditionele betonstorten en dat soort zaken. Dat is een positieve ontwikkeling natuurlijk.”

Hij benadrukt dat de technieken die in het casino zijn verwerkt niet geheel nieuw zijn, maar dat de combinatie het project interessant maakt. Zaken als warmtekoude-opslag onder de grond, warmteterugwinning uit de lucht en het gebruiken van zonne-energie komen bijvoorbeeld in meer projecten terug. “Dat is tegenwoordig bijna gemeengoed geworden”, zegt ook Paul Herman, manager realisatie. Hij is operationeel verantwoordelijk voor alle projecten die Croonwolter&dros in de regio zuidoost Nederland uitvoert. Hij voegt nog een trend toe aan het lijstje van Weijenberg: het gebruik van data. “Op basis daarvan maak je het gebouw intelligenter.”

Croonwolter&dros en Smart Energy (een onderdeel van Croonwolter&dros) nemen na oplevering het beheer van de installaties in het casino op zich. Het bedrijf gaat daarbij gebruikmaken van data om bijvoorbeeld voorspellend onderhoud te doen. Ook gaat Croonwolter&dros het energieverbruik monitoren.

Herman verwacht dat het warmen of koelen van ruimten in de toekomst steeds gerichter wordt: afgestemd op het daadwerkelijke gebruik. “Dat het klimatiseren van een ruimte plaatsvindt als er daadwerkelijk iemand zit”, legt hij uit. Óf als er iemand aankomt. Zo geeft hij het voorbeeld van een bedrijf dat kantoorruimten verhuurt. Als zij een telefoontje krijgen uit New York dat iemand onderweg is naar een kantoor in Amsterdam, bereiden de ruimten zich daar (automatisch) op voor. Met behulp van kunstmatige intelligentie kunnen ruimten in de toekomst automatisch worden afgestemd op de wensen van de aanwezige gebruikers. De technieken bestaan al, het is slechts wachten op de grootschalige toepassing. Truestate, dat onderdeel uitmaakt van Croonwolter&dros, is daar bijvoorbeeld al actief mee bezig. Wellicht dat Croonwolter&dros er in het Holland Casino Venlo op kleine schaal mee aan de slag gaat om het comfort van gasten nog verder te verhogen.

Wachten op de casino gasten

De bouw van het casino is nu nog in volle gang. Pas als de eerste gasten van het pand gebruikmaken, weten de ontwikkelaars of dat wat er theoretisch goed uitziet ook in de praktijk werkt. “Dat het gaat doen wat we er met zijn allen van verwachten”, aldus Weijenberg. Het gebouw zit energetisch goed in elkaar en dit zou een hoog comfort moeten opleveren, maar uiteindelijk zijn het de gasten die bepalen of het aangenaam is. Zij moeten het niet te koud of te warm hebben. “Als de klant zich happy voelt dan hebben wij ons werk goed gedaan”, concludeert Weijenberg.

 

 

Dit zijn 8 belangrijkste Smart ‘ building ‘ voordelen!

Smart building voordelen

Investeerders, huurders en beheerders worden tegenwoordig geconfronteerd met een bijna overweldigend aantal opties om hun gebouw slimmer te maken. Wij hebben een overzicht gemaakt met de belangrijkste 8 voordelen van een ‘smart building’.

 

  1. Luchtkwaliteit in een Smart building

Aangezien de meesten van ons meer dan 90% van onze tijd binnen doorbrengen, is een goede luchtkwaliteit binnenshuis van fundamenteel belang voor onze gezondheid en productiviteit. Een onderzoek van Harvard wees uit dat “mensen die in goed geventileerde kantoren werken met hogere cognitieve functiescores hebben.”

Daarom zullen gebouwen in toenemende mate worden uitgerust met draadloze sensoren die de CO2-niveaus en schadelijke kleine deeltjes monitoren, waarschuwingen uitzenden en indien nodig de ventilatie aanpassen. En ze zullen niet alleen de binnenkant bewaken. In landen met sterke vervuiling is het net zo belangrijk om de kwaliteit van de buitenlucht die via de ventilatie binnenkomt te meten. Slimme systemen kunnen aangeven welke filters moeten worden vervangen en kunnen besluiten het systeem uit te schakelen, mocht de buitenluchtkwaliteit kritiek slecht zijn.

  1. Smart lighting

Een van de grootste revoluties in het verlichten van onze gebouwen is de uitvinding van LED-verlichting. LED-lampen verbruiken minder dan 80% van de elektriciteit van traditionele lampen en hebben een tien keer langere levensduur. Toch vormen LED’s tegenwoordig slechts 10 procent van alle verlichtingssystemen, dus veel gebouwen hebben een gemakkelijke mogelijkheid om energie en kosten te besparen door lampen te wisselen.

Een van de grootste verlichtingstrends voor toekomstige gebouwen is slimme verlichting die zich aanpast aan de voorkeuren van de bewoners (ook wel mensgerichte verlichting genoemd). Deze slimme verlichtingssystemen kunnen de natuurlijke lichtprogressie van daglicht nabootsen om zo ons natuurlijke ritme te volgen of hun intensiteit aan te passen aan de verschillende behoeften van de inzittenden. In een kantoor kunnen heldere lichten na de lunch worden gebruikt om werknemers te helpen zich te concentreren, terwijl zachte lichten in ziekenhuizen patiënten kunnen helpen ontspannen.

Nu de kosten van verbonden sensoren en cloud computing voortdurend dalen, komen IoT-apparaten die de activiteiten van een gebouw intelligent bewaken en besturen steeds vaker voor.

Naar schatting zijn er nu al maar liefst 10 miljard apparaten in gebouwen geïnstalleerd! Dit is hierbij een van de snelstgroeiende industrieën ter wereld.

Onze keuze: Veko lightsystems

smart-lighting-building

  1. Smart building en gebouwbeveiliging

Verbonden IoT-apparaten die in het hele gebouw zijn geïnstalleerd, maken het voor facilitair managers gemakkelijker om hun gebouw veilig te houden. De belangrijkste van deze apparaten zijn camera’s en toegangscontrolesystemen zoals badgelezers, die het mogelijk maken om ongewenste bezoekers te spotten en toestemming te geven aan bezoekende medewerkers.

En er zijn extra beveiligingsvoordelen voor IoT-apparaten in gebouwen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld gebouwbeheerders helpen te achterhalen of bepaalde deuren consequent open blijven staan ​​of dat er onbedoeld een alarm is afgegaan. Een echt intelligent beveiligingssysteem kan mogelijk zelfs communiceren met andere systemen, wanneer bepaalde werknemers het gebouw hebben verlaten, waardoor de lichten worden uitgeschakeld.

Onze keuze: Intratone

  1. Controle voor beheerders

Slimme gebouwen geven meer controle over het gebouw. Gebruikers kunnen nu nauw communiceren met een gebouw door de temperatuur aan te passen, vergaderruimten te boeken of de verlichting te veranderen, allemaal vanuit één centrale plek en volgens hun voorkeur. Dit zorgt voor een veel persoonlijker en bevredigender gevoel (zoals in een hotel), maar kan ook energiebesparende voordelen opleveren, bijvoorbeeld wanneer vergaderruimten automatisch de lichten uitschakelen wanneer er niets is geboekt.

Tegelijkertijd kan een slim gebouw huurders in staat stellen om op eenvoudige wijze feedback te sturen naar de facility managers, bijvoorbeeld wanneer er iets kapot is of opnieuw moet worden besteld. Smart building voordelen

Onze keuze: Connata

 

  1. Intelligent parkeren

Intelligente systemen worden niet alleen ingezet waar mensen wonen en werken, maar ook in de omliggende infrastructuur. Een voorbeeld hiervan zijn parkeerplaatsen in en om het gebouw, waar veel potentie is om dingen slim te maken.

Camera’s en sensoren kunnen detecteren welke parkeerplaatsen vrij zijn en deze informatie naar forenzen sturen, waardoor extra ronden en onnodig brandstofverbruik worden verminderd. Idealiter wordt deze informatie gedeeld tussen meerdere systemen, zodat werknemers ook parkeergegevens krijgen van openbare straten. Andere mogelijkheden zijn: bezoekers vooraf parkeerplaatsen laten reserveren of automatische online betalingssystemen voor frequente gebruikers.

  1. Focus op welzijn

Veel bedrijven begrijpen dat de gezondheid en het comfort van hun werknemers een belangrijke onderscheidende factor is. Een factor die de productiviteit en tevredenheid op de werkplek beïnvloedt. Het nadenken over hoe een gebouw het welzijn van zijn bewoners bevordert, zal daarom een ​​belangrijke trend voor de toekomst zijn.

 

  1. Voorspellingen over onderhoud

De grootste kosten tijdens de levenscyclus van een gebouw gaan naar het onderhoud, dat uiteindelijk de bouwkosten overschrijdt. Slimme technologie stelt technisch vastgoed professionals in staat om onderhoudskosten te besparen en de manier waarop ze hun gebouw beheren volledig te veranderen door over te schakelen van een reactief naar een voorspellend onderhoudsmodel.

Sensoren die rond machines worden geplaatst, zoals pompen of verwarmingselementen, kunnen worden geprogrammeerd om kritische niveaus van geluid, trillingen of warmte te detecteren. Boven een bepaalde drempel wordt een waarschuwing verzonden en kan de fout worden verholpen voordat deze escaleert. Dit type onderhoud is gebaseerd op behoeften in plaats van geplande intervallen en is 3 tot 9 keer goedkoper gebleken.

Een specifiek geval kan een lift zijn die gegevens verzendt over hoe goed een deur sluit. Als voorspellende algoritmen merken dat er meer kracht nodig is om de deur te sluiten (bijvoorbeeld vanwege stof), wordt een reparatieverzoek geactiveerd.

 

  1. Evolutie van gebouwbeheersystemen

Alles wat zich in een gebouw afspeelt, kan samenkomen in ‘gebouwbeheersystemen’. Dergelijke systemen zijn op zichzelf niets nieuws en bestaan ​​al tientallen jaren. Maar hoewel ze eerder sterk gefragmenteerd waren en onafhankelijk werden bediend, maakt een modern systeem alle variabelen van het gebouw op één plek zichtbaar. Smart building voordelen

 

Lees hier waarom hackers houden van smart buildings

Revolutionaire self-storage opent binnenkort in Nederland

Self-storage zonder te hoeven lopen en waarbij de opslagbox op commando automatisch naar je auto komt. In Katwijk is dit binnenkort werkelijkheid. Het reserveren, aansturen en toegang krijgen tot de opslagbox gaat online via de smartphone, tablet of laptop. De bouw van deze eerste volledig geautomatiseerde opslag is vrijwel klaar. Het resultaat van deze miljoeneninvestering is een innovatief concept in een volledig duurzaam pand met nul-op-de-meter.

Het volledig geautomatiseerde self-storage concept van Oomen Opslag is uniek in de wereld. Het heeft alle voordelen van zowel self-storage als mobiele opslag, maar de nadelen zijn weg-geïnnoveerd. Klanten kunnen voortaan dag en nacht bij hun opslag en de opslagbox kan zelfs tijdelijk aan huis worden geplaatst. Het systeem kent vrijwel geen beperkingen aan de afmetingen van de opslagbox en het gewicht van wat er opgeslagen kan worden. Een eettafel van 5 meter lang of een auto van 2500 kilo vormen geen probleem.

Testfase van start

De bouwwerkzaamheden naderen de afronding en in september start de testfase. “De zelf-lerende robotkraan die de boxen beheert en klaarzet, de portal van waaruit de klant zijn eigen opslagbox kan beheren en besturen, de zelfvoorzienende stroominstallatie met zonnepanelen en accu’s, in september komt alles samen. Een maand later openen wij het pand, maar klanten kunnen nu al hun opslagboxen online reserveren”, aldus Emile Oomen, oprichter van Oomen Opslag.

Innovatief en duurzaam

Het nieuwe opslagconcept van Oomen Opslag is niet alleen innovatief, maar ook klimaatneutraal gebouwd. De energie, die nodig is voor de goede werking van het systeem komt uit zonnepanelen en wordt opgeslagen in accupakketten. Daarmee voorziet het bedrijf in zijn eigen energiebehoefte en blijft alles werken, zelfs als het stroomnet uitvalt.

Veilig

Het pand is uitgerust met de hoogste veiligheidsklasse aan bewaking: intelligente 4k camera’s bewaken het terrein en zetten onwelkome gasten direct in het licht met een directe video doormelding. Trillingssensoren bewaken de muren. De opslagboxen zijn onmogelijk binnen te dringen door het dikke staal en doordat de deuren fysiek niet open kunnen zolang de boxen weggestapeld staan. Deze opslag is daarom bij uitstek geschikt voor waardevolle voorwerpen zoals oldtimers, kunst en andere verzamelobjecten. De opslagunits zijn beschikbaar in meerdere maten, variërend van 16m³ tot 48m³. Er zijn speciale units voor de self-storage van oldtimers.

De vraag naar de automatische opslagruimtes is zo hoog, dat het pand binnen een half jaar na opening uitgebreid wordt. Ook oriënteert Oomen Opslag zich inmiddels op extra locaties.

Dit is het nieuwe kantoor voor Rijksvastgoedbedrijf

Edge rijksvastgoedbedrijf

EDGE levert het nieuwe kantoor voor de Rijksvastgoeddienst op. Het voormalige bankgebouw in het centrum van Eindhoven is volledig getransformeerd tot een slim en zeer duurzaam kantoorgebouw met behoud van de originele kenmerken. Het gebouw heeft een open karakter creëren en  gaat op in de openbare ruimte, om de interactie tussen het gebouw en de omgeving te stimuleren.

Transformatie van het voormalige “fort”

Het gebouw had een grondige herontwikkeling nodig. Delen van het oorspronkelijke gebouw en het uitgesproken karakter werden tijdens dit proces gerespecteerd en bewaard. EDGE heeft het voormalige bankkantoor kunnen herontwikkelen en vernieuwen, waardoor het een gezond, duurzaam en flexibel concept is geworden. De grote open vloeren en de hoge transparantie van het gebouw dragen bij aan en stimuleren de interactie, waarbij de gebruiker centraal staat. Hoogwaardige kenmerken van het gebouw werden behouden of vernieuwd, zoals de iconische klokkentoren die de tijd weergeeft aan kantoorgebruikers en reizigers rond het treinstation van Eindhoven.

Een toekomstbestendig gebouw

Het oorspronkelijke gebouw is gestript tot aan de betonconstructie, waarvan meer dan 80% is hergebruikt in het nieuwe ontwerp. Het vernieuwde gebouw van 32.000 vierkante meter, met een innovatief ontwerp door UNStudio, bevat superieure technische installaties. Het kantoor is gebouwd volgens de BREEAM-NL Excellent criteria en wordt geleverd zonder gasinstallaties. De zonnepanelen, klimaatsystemen, ledverlichting, sensortechnologie en energiezuinige thermische energieopslag dragen allemaal bij aan de extreme duurzaamheidsprestaties van het gebouw.

Een modern Eindhoven

De herontwikkeling past perfect bij de ambitie van de gemeente Eindhoven om het stationsgebied aantrekkelijker en toegankelijker te maken. Binnen het nieuwe ontwerp heeft UNStudio de wens opgenomen om de historische uitstraling van het gebouw te behouden door bijvoorbeeld de klokkentoren te herbouwen. Dit gebouw was altijd al een opvallend monument in de stad. Inmiddels is er voor de Rijksvastgoeddienst een slimme en duurzame versie gebouwd – een gebouw dat nog te herkennen is aan zijn authentieke kenmerken.

 

Dit gebouw past perfect bij de ambities van de Rijksvastgoeddienst. Centraal gelegen in een grote stad biedt de herontwikkeling ons de mogelijkheid om ambtenaren een comfortabele en gezonde werkomgeving te bieden. Beide partijen, EDGE en wijzelf, streven naar innovatie en duurzaamheid, wat echt tot uiting komt in de realisatie van dit duurzame kabinet. 

– Roger Mol, directeur transacties en projecten, Rijksvastgoedbedrijf.