3,3 miljoen m² kantoorruimte staat ongemerkt leeg

5G kantoorgebruik

Van alle kantoorruimte die bedrijven in Nederland huren, staat 6% ongemerkt leeg. Het gaat om 3,3 miljoen vierkante meter aan onbenutte oppervlakte. Deze verborgen leegstand komt niet terug in de officiële leegstandscijfers, terwijl deze ruimte gebruikt zou kunnen worden voor andere functies zoals wonen.

Als bedrijven massaal afscheid nemen van deze overtollige vierkante meters en vastgoedeigenaren deze ruimte in de verhuur zetten, neemt de leegstand toe tot 7,6 miljoen vierkante meter. Dat is ruim 13% van de hele voorraad kantoren in het land.

“Zo ver zal het niet komen, want verborgen leegstand leidt niet direct tot officiële leegstand. Wel geeft het een toekomstverwachting,” zegt Harold Coenders, huisvestingsexpert bij Colliers. “Niet alle huurcontracten lopen nu af en niet elk bedrijf vindt zomaar een ander kantoor dat voldoet aan de wensen. Bovendien neemt het aantal kantoorbanen in Nederland toe. Bedrijven zijn massaal op zoek naar personeel en die nieuwe collega’s hebben ook een werkplek nodig.”

Minder mensen op piekdagen

Het thuiswerkadvies is vervallen. Er ontstaat naar verwachting een hybride werkweek van drie dagen kantoor en twee dagen thuis. Veel werkgevers gaan daarom inzetten op een meer gelijkmatige kantoorbezetting over de werkweek, blijkt uit gesprekken van Colliers met 50 organisaties die in totaal 30.000 fulltime werkenden in dienst hebben. Bijvoorbeeld door te werken met een reserveringsapp of met een teamrooster. Organisaties hebben minder ruimte nodig als er minder mensen op de piekdagen aanwezig zijn. Dinsdag en donderdag zijn traditioneel het drukst met de langste files en de volste treinen.

Slimmer is duurzamer

Het hybride werken biedt bedrijven de kans om hun kantoorruimte efficiënter te gebruiken. Zij kunnen zo een forse bijdrage leveren aan de verlaging van de CO2-uitstoot. Er passen meer organisaties in één gebouw en het gedeeltelijk lege kantoor hoeft niet langer meer te worden verwarmd of gekoeld. Uiteindelijk zijn er minder nieuwe kantoren nodig en hoeft er niet (in het groen) te worden gebouwd.

Slimmer gebruik van gebouwen is niet alleen beter voor het milieu, maar ook voor de maatschappij. Zo kan overtollige kantoorruimte worden getransformeerd. Door te zorgen voor meer functies in één gebouw, kunnen meer doelgroepen hiervan profiteren. Denk aan wonen, winkels en horeca.

Tijd voor actie

“Verborgen leegstand is absoluut geen nieuw fenomeen. Uit ons onderzoek vóór de corona-uitbraak, bleek dat er toen al 2,5 miljoen vierkante meter onbenut leeg stond,” vertelt Coenders. “Door het hybride werken wordt dit alleen maar meer. Dat is geen bedreiging maar een kans voor de vastgoedmarkt. Miljoenen vierkante meters zijn geschikt voor andere functies. Tijd dus voor kantooreigenaren om te onderzoeken hoe ze kwaliteit kunnen toevoegen aan de kantoren of wat een alternatieve invulling kan zijn voor hun gebouwen.”

Bron: Colliers

Merin besteedt technisch management en accounting uit aan CBRE

Merin heeft een deel van het technisch management en de volledige property accounting van hun kantoorgebouwen in Nederland per 1 januari 2022 uitbesteed aan CBRE. Hiermee wil Merin flexibel zijn bij groei en krimp van de veranderende portefeuille en de kwaliteit van dienstverlening aan klanten waarborgen.

De uitbesteding behelst ca. 340.000 m² kantoorruimte. Ongeveer 550 huurders zijn betrokken. Ernst Frese, COO Merin: “De samenwerking met CBRE zorgt voor het behoud van een hoge kwaliteit van onze dienstverlening aan klanten. Daarnaast stelt het ons in staat om te concentreren op onze core business en de aandacht voor onze klanten te intensiveren.”

Mark Spiering, Head of Property Management CBRE: “We zijn trots op het winnen van deze opdracht en kijken uit naar de samenwerking met Merin. Er zijn veel raakvlakken tussen Merin en CBRE, we willen beiden plekken creëren waar mensen graag willen zijn!”

De samenwerking kwam tot stand uit een aanbesteding onder diverse vastgoedadviseurs, hierbij is CBRE de winnende partij.

https://nieuws.cbre.nl/merin-besteedt-technisch-management-en-accounting-uit-aan-cbre/

Primevest Capital Partners

Vanuit onze kantoren in Utrecht en Berlijn beheert een team van 70 professionals 2,8 miljard euro aan beleggingen verdeeld over zes sectorgerichte fondsen en drie individuele institutionele mandaten alsook vastgoedbeleggingsfondsen voor particuliere en institutionele beleggers en family offices na de acquisitie van Holland Immo Group.

Primevest Capital Partners is een pan-Europese investment manager, gespecialiseerd in innovatieve strategieën voor het beleggen in real assets. Onze visie is om onze steden toekomstbestendig te maken door betere connectiviteit, mobiliteit en stedelijke leefbaarheid te realiseren. Dit doen we door middel van investeringen in heel Europa in moderne, betaalbare woningen, communicatie-infrastructuur en parkeergarages. Onze beleggingsfilosofie wordt gedragen door de aanhoudende urbanisatie om ons heen en de noodzaak om de moderne behoeften van stedelijke gebieden te faciliteren. Op deze manier leveren we een bijdrage aan de verbetering van de kwaliteit en duurzaamheid van het moderne leven.

Wij beheren € 1,9 miljard aan beleggingen verdeeld over zes sectorgerichte fondsen en drie individuele institutionele mandaten. Met de steun van onze aandeelhouder Commonwealth Investments, streven wij onze strategie en toekomstige groeiambities na in een wereld die steeds meer verbonden wordt.

Prominus

Voorheen bekend als HCI Real Estate Management B.V., Prominus is al ruim 16 jaar actief in het vastgoedbeheer in Nederland en bestaat uit een select team van professionals. Een team dat goed samenwerkt. Ziet mogelijkheden, kansen en onmogelijkheden. We gaan altijd een stap verder om de kwaliteit en continuïteit van ons werk te kunnen garanderen.

Als het om onroerend goed gaat, volgen we de filosofie: “Er zijn niet zoiets als kleine dingen, alleen grote kansen.” Zo hebben we in het verleden al meerdere malen grote en kleine huurders voor onze opdrachtgevers weten te behouden.

Uiteraard houden wij volledig rekening met de verwachtingen en eisen van uw controlling afdeling. Wij realiseren koppelingen met uw administratie. Uw grootboek is hierin leidend. In samenwerking met uw externe accountant zijn wij in staat om bijvoorbeeld binnen de “beurstermijn” cijfers door te geven. Zo resulteert interne zorg in externe kwaliteit. Wij zorgen voor optimalisatie en snelheid, waarbij efficiëntie en vooruitgang de “key process makers” zijn.

Smart buildings: Wie is eigenlijk eigenaar van alle data?

Door intelligentie aan gebouwen toe te voegen, wordt het gebruik ervan geoptimaliseerd. Kentekenherkenning zorgt voor een comfortabel begin van de dag, gezichtsherkenning opent deuren en detectie regelt verlichting en verwarming dan wel koeling. Hier hebben niet alleen huurders, maar ook het klimaat baat bij. Maar zijn er ook risico’s? Naast de kosten-baten afweging spelen wet- en regelgeving een rol. Want wie is waarvoor verantwoordelijk? Is de eigenaar van het gebouw ook rechthebbende van de data of is dat de huurder? We praten erover met Stefan Kloots (Partner Bouwrecht), Valerie Lipman (Salary Partner Commerciële contracten, IE, ICT en Privacy) en Noreen Sturris (Advocaat Bouwrecht) van Poelmann van den Broek advocaten uit Nijmegen.

Stefan Kloots vangt aan: ‘De bouw digitaliseert in hoog tempo. De term -en het principe van- BIM is in de markt alom bekend. Dit model maakt samenwerken gemakkelijker, helpt bij het opsporen van clashes en is tevens de perfecte basis voor de onderhoudsfase van vastgoed. Met BIM is ook het intelligent maken van gebouwen binnen handbereik. Een fantastische ontwikkeling die op haar beurt wel wat juridische uitdagingen met zich meebrengt, want het gebeurt steeds vaker dat een aannemer, installateur of andere partij in de onderhoudsfase betrokken blijft. Bouw je een nieuw slim gebouw? Maak dan een Programma van Eisen waarin je precies uitlegt welke data geproduceerd moet worden, in welk bestandsformaat de data moet worden aangeleverd en wanneer en waarvoor deze data bruikbaar moet zijn, bijvoorbeeld in het kader van energiebesparing, gebruiksgemak of slim onderhoud. Wij zijn er om onze cliënten te helpen bij het vastleggen van ieders rechten en plichten.’

Links Valerie Lipman en rechts Noreen Sturris

 

Check de gebruikersvoorwaarden

‘Ook in bestaand vastgoed wordt het toevoegen van slimme toepassingen steeds gangbaarder voor het optimaliseren van onderhoudsprocedures en -kosten, met het oog op energiebesparing en om huurders optimaal te bedienen. Niet zelden kiest men bij bestaande bouw voor het as-a-service-model. Een slimme keuze: de aanbieder blijft eigenaar van toegepaste producten en de beheerder weet precies waar hij of zij aan toe is.’ Noreen Sturris vult aan: ‘Dat betekent niet dat de vastgoedbeheerder of eigenaar er blind vanuit kunnen gaan dat het met de set voorwaarden wel goed zit. Een check van de gebruikersvoorwaarden is echt onmisbaar. Want stel dat je light-as-a-service afneemt en in de voorwaarden staat dat je de verlichting alleen tijdens kantooruren mag gebruiken, terwijl je als ondernemer juist in ploegendiensten draait. En hoe zit het met de systeembetrouwbaarheid? Ligt de maatstaf hiervoor -ook wel uptime genoemd- vast in de voorwaarden? En wat gebeurt er bij disfunctioneren? Verwijzen de voorwaarden naar een inspannings- of naar een resultaatverplichting? Wat gebeurt er met de service en de data als de aanbieder failliet gaat? Is er een back-up van de data? En van wie is die data dan?’ Valerie Lipman: ‘Juridisch gezien kun je eigenlijk niet spreken van eigendom van data. De wet heeft het uitsluitend over eigendom van zaken. Heel belangrijk dus om hier vooraf afspraken over te maken: wie mag wat met welke data?’

Laat een jurist naar de voorgestelde constructies kijken en bespreek de aandachtspunten.

Geen kaas

‘Digitalisering opent veel deuren, maar er schuilt soms ook gevaar. In april zorgde een hack bijvoorbeeld dagenlang voor lege kaasschappen bij de Albert Heijn. Geen toegang tot data kan dus grote gevolgen hebben. Die situatie wil je als vastgoedbeheerder zoveel mogelijk voorkomen. Goede beveiligingsmaatregelen zijn dus essentieel. Het is ook zaak goed na te denken over de werking van het systeem. Als het systeem door een storing niet aangeeft dat er op korte termijn onderhoud nodig is en de lift weigert na enkele weken dienst, wie kun je daar dan op aanspreken? Is dat de leverancier van de sensoren, die van de software of ben je zelf verantwoordelijk? Ons advies: laat een jurist naar de voorgestelde constructies kijken en bespreek de aandachtspunten.’

Het is bij Poelmann van den Broek de normaalste zaak van de wereld om cliënten hierin in eerste instantie te begeleiden en daaropvolgend in op te leiden. Dat doet het kantoor middels een eigen academy, want bij Poelmann willen ze naar eigen zeggen niet de ‘huisarts’, maar juist de specialist zijn.

Privacy

‘En ook de privacywetgeving kan van toepassing zijn,’ aldus Valerie Lipman. ‘Om te voorkomen dat je, net als recent de gemeente Enschede, een boete van enorme omvang door De Autoriteit Persoonsgegevens krijgt opgelegd, is het zaak scanning en tracking te gebruiken op een manier die is toegestaan. In Enschede maakte men gebruik van wifitracking op een manier waardoor het mogelijk was bezoekers van de binnenstad te volgen. Dit zou ook bij een smart building kunnen spelen. Naast camera’s worden er ook vaak vingerafdrukken of gezichtsherkenningsapparatuur gebruikt. Dit is echter lang niet altijd zomaar toegestaan. Om problemen te voorkomen, is het zaak om de AVG er goed op na te slaan voordat persoonsgegevens worden verwerkt.’

 

Het nieuwe Bouwrecht

Stefan Kloots: ‘Een jaar of tien geleden ging Bouwrecht met name over bouwtijdvertraging, kwaliteit van het geleverde werk en meer- en minderwerk. Nu hebben we ook hele andere discussies. Over prefabricering, smart building en circulariteit bijvoorbeeld. Het Bouwrecht krijgt een andere vorm. De rol van alle partijen -van aannemer en installateur tot en met adviseurs en leveranciers- verandert.’
Het advocatenkantoor uit Nijmegen anticipeert duidelijk op deze ontwikkelingen. Daarin speelt de omvang van het kantoor een aanzienlijke rol. Het kantoor is groot genoeg om meerdere expertises te betrekken bij de vraagstukken en is klein genoeg om flexibel te zijn. Dat het kantoor als sinds de oprichting 45 jaar geleden een grote footprint in de bouw heeft, helpt natuurlijk ook.

 

Juridisch advies bij projecten binnen bouw en vastgoed? Klik hier voor meer informatie: Website Poelmann Van Den Broek

 

Lees hier meer over smart buildings-as-a-service

Een stapje dichterbij het optimale gebouw

Bron: Duurzaam gebouwd

Parametrisch ontwerpen speelt in steeds meer projecten een rol. Zo ook bij ingenieurs- en adviesbureau Arup. “We zijn ervan overtuigd dat je door de kracht van computers tot betere ontwerpen en, uiteindelijk, betere gebouwen komt”, aldus adviseur Paul Jansen.

Arup zet parametrisch ontwerpen in op drie niveaus: product, gebouw en omgeving. Jansen: “Op product- en gebouwniveau kijken we hoe de vorm van gebouwelementen zodanig geoptimaliseerd wordt dat ze beter gaan presteren. Bijvoorbeeld op basis van omgevingsfactoren, zoals zoninval en winddoorlating. Deze elementen zijn relatief eenvoudig mee te nemen in modellen. Op gebiedsniveau onderzoeken we hoe je tot een stedenbouwkundige massa komt die voldoet aan de wensen van de verschillende stakeholders.”

Jansen schetst een voorbeeld: “Een projectontwikkelaar wilde op een binnenstedelijke locatie 750 woningen kwijt, maar had moeite om het parkeerontwerp daarin te passen. Daarop maakten wij een parametrisch model om verschillende scenario’s te testen. Daaruit bleek dat dit alleen met een parkeergarage werkte. Als je dan kijkt naar wat dit voor de businesscase betekent, dan kunnen we bijvoorbeeld ook een module opbouwen op basis van de residuele grondwaarden. Zo optimaliseer je het hele stedenbouwkundige ontwerp.”

Architect aan het roer

Het proces van parametrisch ontwerpen is in recente jaren een verandering doorgegaan. Het samenstellen van datasets is vervangen door het opzetten van een bepaald algoritme. “Het gaat nu meer om het invoeren van een logica zodat de computer zelf datasets produceert. Samen met de klant bepaal je welke ambities er zijn, waarna je zaken als maximale hoogtes en breedtes bepaalt. En ook op welke footprint er massa’s geproduceerd kunnen worden. Al die legodeeltjes bepalen wij. We stoppen het in de computer en die genereert talloze ontwerpen.”

Afhankelijk van de logica en de vrijheid die de computer krijgt, komen er wel ‘honderden tot duizenden’ opties uit. “Die kunnen we vervolgens analyseren aan de hand van Key Performance Indicators (KPI), zoals bezonning. Wij bepalen dus wat we een acceptabel ontwerp vinden.” Jansen neemt een voorbeeld aan een woningproject in Londen aan de Theems: hoe meer woningen je kunt realiseren met uitzicht op de Theems, hoe hoger de verkoopwaarde. Met parametrisch ontwerpen kun je hiervoor het optimale ontwerp berekenen. “Ook uitzicht op groen of blauw, of op binnenterreinen in verband met de veiligheid van spelende kinderen, zijn zo te berekenen.”

De mate van vrijheid die de ontwerper in dit proces heeft, is nagenoeg eindeloos. Jansen laat aan de hand van diverse visualisaties zien hoe de KPI’s met behulp van schuifjes te beïnvloeden zijn, waarna de computer het aantal geschikte ontwerpen bijstelt op basis van de wensen. “Je ziet meteen welke opties qua bouwmassa’s overblijven”, vertelt Jansen. “Zo kan de architect op basis van de parametrische input uiteindelijk het stedenbouwkundige plan maken, zoals is gebeurd voor het Smakkelaarspark in Utrecht.”

Op het Verbindingsfestival van 30 september geeft Rick Titulaer van Arup een presentatie over parametrisch ontwerpen.

Leegstandsbeheer. Hoe doe je dat en is het interessant voor jou?

Ongeacht hoe groot of klein uw vastgoed portefeuille is, u kunt te maken krijgen met leegstand. Er wordt komende tijd veel leegstand verwacht. De mogelijkheid bestaat immers dat er tijdelijk geen bestemming of huurder is. Ook dan heeft een pand aandacht nodig en dient het klaar te staan voor zijn volgende bestemming of huurder. Ook interessant… De kosten en opbrengsten bij leegstaand vastgoed.eegstandsbeheer

Of het nu een huis, kantoor of bedrijfsruimte betreft, als eigenaar kun je het als een acuut probleem zien. Er zijn inmiddels legio mogelijkheden om die passendheid te vinden voor het pand dat leeg staat: een bepaalde periode middels leegstandsbeheer of tijdelijke verhuur kan van toepassing zijn. Uiteindelijk is voor ieder pand een goede oplossing te vinden.

Zelfs voor een winkelgebied waar veel leegstand is, kunnen we passende oplossingen vinden. Ook voor een herontwikkelingslocatie waar nog panden op staan is er een prima alternatief te vinden voor de periode dat er nog geen definitieve plannen of vergunningen zijn. Zolang het maar een representatieve uitstraling houdt en er stabiliteit in de wijk is wat betreft herontwikkeling.

Het belangrijkste is om een goed aanspreekpunt te hebben voor zaken die betrekking hebben op uw pand en een reductie van de kosten zolang het pand geen (volledige) inkomsten genereert.

Prevenda staat u graag bij als het gaat om passende oplossingen voor tijdelijke leegstand in uw vastgoed portefeuille.

Bereken met onze online tool of leegstandsbeheer interessant is voor uw bedrijfspand

Krimpende vastgoedportfolio’s en de kans voor IWMS

Een recent verhaal op de voorpagina van The New York Times schetste een somber beeld voor eigenaren van commercieel vastgoed in grote steden. Bedrijven die vorig jaar acuut zijn overgestapt van kantoorwerk naar thuiswerk, zullen deze verandering waarschijnlijk niet terugdraaien wanneer de COVID-19-pandemie afzwakt. In New York City is de leegstand van kantoren gestegen tot het hoogste percentage in decennia, de marktwaarde is met 25 procent gedaald, de belastinginkomsten uit vastgoed zijn overeenkomstig verminderd en grote bedrijven zoals JPMorgan Chase, Ford Motor, Salesforce en Target schroeven hun fysieke aanwezigheid terug. JPMorgan Chase is de grootste particuliere werkgever in New York City en volgens CEO Jamie Dimon zal zijn bedrijf voor elke 100 medewerkers mogelijk nog slechts 60 werkplekken nodig hebben vanwege het werken op afstand en hybride werken.

Dergelijke tendensen zijn niet alleen waarneembaar in New York City, maar in steden over de hele wereld. Volgens adviesbureau Local Data Company (LDC), gespecialiseerd in retail-data, is de leegstand in de City of London het hoogst in vijf jaar. De zakenwijk, waar zowel de beurs als de Bank of England is gevestigd, is zwaar getroffen door de crisis en telde aan het einde van 2020 een leegstand van 255 panden omdat de kantoormedewerkers thuis werkten.

Ook in Nederland zien we deze trend zich ontwikkelen. Uit onderzoek van Adviesbureau Cushman & Wakefield blijkt dat in Amsterdam aan het einde van 2020 maar liefst 17 procent minder kantoorruimte is opgenomen dan in eind 2019. De opname van kantoorruimtes in Utrecht viel zelfs 40 procent lager uit.

Voor verhuurders is dit duidelijk een tijd vol financiële risico’s. Maar voor huurders is het een kans om hun vastgoedportfolio’s te optimaliseren. Het essentiële hulpmiddel voor optimalisatie is een Integrated Workplace Management System (IWMS).

Waarom is een IWMS essentieel?

Iedereen die strategisch inzicht wil hebben in de vastgoedportfolio van een organisatie, heeft in eerste instantie een globaal overzicht nodig van lopende leasecontracten, vervaldatums, opties voor vervroegde opzegging of wijziging, enzovoort. Inzicht in belastingen, toeslagen, de onderhoudskosten van gemeenschappelijke ruimten en andere inherente bedrijfskosten is ook onmisbaar. Ook wilt u natuurlijk weten welke voorzieningen en voordelen de verschillende leaselocaties bieden. Een solide systeem voor lease management kan deze inzichten leveren, wellicht tegen lagere kosten dan een IWMS. Maar er is meer voor nodig om een compleet beeld te krijgen waarop u uw belangrijke besluiten kunt baseren.

Niet alle kosten zijn opgenomen in leasecontracten. Ook hebben niet alle leasecontracten betrekking op onroerend goed. Veel organisaties hebben bijvoorbeeld allerlei geleasede apparaten die door afdelingen worden beheerd in plaats van door de onderneming, maar die niettemin bijdragen aan de totale kosten voor de organisatie.

En wat zijn, behalve de leasekosten, de verdere bedrijfskosten voor elke leaselocatie? U moet gemakkelijk een beeld kunnen krijgen van de totale kosten voor energie en andere nutsvoorzieningen, schoonmaak, parkeervergoedingen voor medewerkers en andere uitgaven.

Het behouden of afstoten van een locatie is een strategisch besluit dat nog vele jaren invloed zal hebben op de activiteiten van de onderneming. Het zijn niet alleen kosten die hier bepalend in zijn.

Hoe goed wordt het vastgoed gebruikt? Hoe praktisch is de locatie voor de medewerkers? Biedt de locatie de juiste hoeveelheid en het juiste type ruimtes en zijn ze groot genoeg voor het doel waarvoor ze worden gebruikt? Het antwoord op deze belangrijke vragen is niet te vinden in de lease-overeenkomst. Daarvoor is data uit een ruimtebeheersysteem nodig, met eventuele add-ons zoals een oplossing voor digitale bewegwijzering.

Veiligheid en gezondheid, hybride werkmodellen en ruimtebeheer

De prioriteiten in ruimteplanning zijn verschoven van het optimaal bezetten van vierkante meters naar het waarborgen van de veiligheid en gezondheid van medewerkers. Bedrijven hebben daarom complexere inzichten nodig om ervoor te zorgen dat werkplekken in overeenstemming zijn met het beleid en de regelgeving. We weten nog niet of de maatregelen voor social distancing op langere termijn zullen voortduren, maar ze zijn nog steeds de realiteit van vandaag. Verbeterde schoonmaakschema’s, de beschikbaarheid van handreinigers, desinfecterende doekjes en soortgelijke voorzieningen zullen waarschijnlijk ook op de middellange termijn blijven bestaan. Bewaking van de feitelijke bezetting is ook een prioriteit geworden, zodat organisaties potentieel risicovolle activiteiten bijtijds kunnen aanpakken.

De trend van hybride werken leidt vermoedelijk ook tot een voortdurende behoefte aan oplossingen voor werkplekbezetting, zoals handige reserveringssystemen. Medewerkers die maar één of twee keer per week op kantoor komen, hebben mogelijk niet de hele dag een bureau nodig. Ze moeten echter wel zeker weten dat er een bureau beschikbaar is wanneer ze op kantoor komen. Ze willen nog steeds een werkruimte die geschikt is voor hun taken, de interactie met collega’s, de juiste mate van privacy, enzovoort. Afhankelijk van de organisatie en de locatie kan er bijvoorbeeld een uitgebreide schoonmaak worden gepland voordat de gereserveerde ruimte wordt gebruikt.

De aanpassing van de werkplek aan nieuwe vormen van bezetting kan leiden tot een herindeling van het meubilair, tot de inrichting van nieuwe plekken voor samenwerking (of afzondering) en tot de verplaatsing van de bureaus en bezittingen van medewerkers. Het beheer van arbeidsmiddelen buiten de locatie, bij de medewerkers thuis, brengt ook andere uitdagingen met zich mee dan het beheer op locatie.

 

Eén uniek systeem speciaal voor de werkplek

Het is waar dat elk van deze aspecten kan worden afgehandeld met specifieke systemen en dat business intelligence en data lakes (gebruikt om grote hoeveelheden data op te slaan) kunnen worden ingezet om alle relevante informatie samen te voegen voor wereldwijde rapportages. Maar één uniek systeem dat specifiek is bedoeld voor werkplekbeheer (een IWMS), biedt meer voordelen. Denk aan het elimineren van dubbele of inconsistente data, het waarborgen van nauwkeurige informatie voor de gehele organisatie en het maken van vergelijkingen tussen gelijkwaardige data. Dit is op zich geen nieuw voordeel. In feite is het een kernwaarde in de propositie van een IWMS sinds het ontstaan van deze systemen. Maar de behoefte aan één bron van waarheid is waarschijnlijk nooit groter geweest dan in deze tijd.

Planon

Planon is de wereldwijd toonaangevende leverancier van software voor vastgoedbeheer en facility management die digitalisering van gebouwen en diensten mogelijk maakt door de grote diversiteit aan slimme gebouwtechnologieën, bedrijfsoplossingen en data te integreren in één bron van waarheid en te transformeren naar toegevoegde waarde voor gebouweigenaren, gebouwgebruikers en service providers. Onafhankelijke marktonderzoek- en adviesbureaus beoordelen Planon al jaren achtereen als een wereldwijde leider in de IWMS-markt. Planon heeft zijn uitgebreide softwareoplossingen geïmplementeerd bij meer dan 2.500 klanten, ondersteund door kantoren en partners over de hele wereld.

Verduurzaming winkels komt niet op gang

De verduurzaming van winkels in Nederland komt nauwelijks van de grond. Energielabels ontbreken massaal en het energieverbruik is nog veel te hoog om de doelen uit het klimaatakkoord te behalen. Ook is er geen dwingende wetgeving vanuit de overheid, waardoor vastgoedeigenaren en winkeliers niet in actie komen. Hiervoor spraken wij met winkeleigenaren die 15% van het winkeloppervlak vertegenwoordigen.

Bijna 70% van alle winkelruimte heeft geen energielabel, terwijl de eigenaar zijn winkel niet zonder dit certificaat mag verhuren of verkopen,

zegt duurzaamheidsexpert Jeroen Bloemers van Colliers. “Het gaat om meer dan 27 miljoen vierkante meter aan ongelabelde winkelruimte verspreid over het land, ongeveer 4.000 voetbalvelden.”

Zaanstad en Utrecht koploper

Zaanstad en Utrecht zijn de groenste winkelsteden van de 25 grootste gemeenten. Daar heeft een derde van het winkeloppervlak een A-label. Het Zaanse stadshart is de afgelopen twintig jaar vernieuwd, waardoor de gemeente een grote slag heeft geslagen. De Domstad profiteert van de herontwikkeling van Hoog Catharijne en het moderne Leidsche Rijn Centrum.

In Haarlem en Maastricht heeft slecht 15% het hoogste label. “Deze steden hebben veel monumenten, waarvoor geen labelverplichting geldt”, vertelt Bloemers. “Omdat eigenaren vaak weinig aan de buitenkant mogen veranderen en een spouwmuur ontbreekt, is het verduurzamen een grote uitdaging. Een labelplicht zou helpen om beter inzicht te krijgen in de omvang van deze opgave.”

Geen urgentie bij eigenaren

Energielabels vertellen slechts een deel van het verhaal. Het verminderen van het energieverbruik is cruciaal om de klimaatdoelen te halen. Voor 2050 moet de consumptie met de helft omlaag. Vooralsnog staat verduurzaming niet hoog op de agenda bij winkeleigenaren. Twee derde heeft nog geen ambitie geformuleerd en ook de intrinsieke motivatie om te vergroenen is er niet altijd.

Institutionele beleggers zien zichzelf als voortrekker. Zij hebben de winkels vaak langer in bezit en kijken verder vooruit. Daarnaast eisen hun aandeelhouders meer duurzaamheid. Voor private-equitypartijen is dat anders. Zij kijken naar de potentiële kopers van hun vastgoed. Verhogen zij hun eisen, dan volgt private equity pas. Particuliere eigenaren zijn het minst bezig met verduurzaming en hebben nauwelijks vergaande plannen. Investeringen beperken zich nu vaak tot ingrepen met een korte terugverdientijd zoals ledverlichting.

Weinig druk om te verduurzamen

Voor kantoren is vanaf 2023 minimaal energielabel C verplicht anders dreigt sluiting. Voor winkels is zo’n maatregel er niet. ”Om de verduurzaming op gang te brengen is het essentieel dat de overheid snel richtlijnen voor de sector opstelt. Dat schept duidelijkheid, waardoor marktpartijen koers kunnen bepalen”, zegt Bloemers.

Ook winkeliers ervaren geen druk om hun winkel te vergroenen. De consument heeft vooral oog voor de duurzaamheid van het product en niet in welke winkel ze het aanschaffen. Het verminderen van het energieverbruik voor verwarming en koeling door bijvoorbeeld openstaande deuren heeft daarom geen prioriteit.

Samenwerking nodig

Voor een succesvolle verduurzaming is samenwerking tussen eigenaar en huurder noodzakelijk. Eigenaren van winkelcentra hebben controle over de algemene ruimten. Achter de winkelpui is het de taak van de winkelier. Ruim een derde van de eigenaren is inmiddels in gesprek met de huurder over een gezamenlijke aanpak. Alleen is verduurzaming voor de kleinere, lokale winkelier nog niet top-of-mind. Zij zijn vooral gefocust op het draaiend houden van hun bedrijf. “Uitstel is geen optie meer. Het klimaatrapport van de Verenigde Naties, laat zien dat er snel dwingende maatregelen nodig zijn. Er is letterlijk werk aan de winkel.”

Lees een andere artikel op OG Wijzer over klimaatneutraal bouwen.