Op 1 januari is het jaarlijks te innen bedrag van de Verhuurderheffing verlaagd met 500 miljoen euro. Dit moet corporaties meer investeringsruimte geven voor het bouwen van woningen. Een van de ‘prestatieafspraken’ die aan de verlaging zijn gekoppeld, is dat ze ook extra investeren in verduurzaming, en dan met name in de hybride warmtepomp.
Dat corporaties extra gaan investeren in de hybride warmtepomp en andere verduurzamingsmaatregelen, vloeit voort uit politieke discussie over de Verhuurderheffing. Jaarlijks betalen Nederlandse woningcorporaties (plus enkele particuliere verhuurders) zo’n 2 miljard euro aan deze heffing. De ‘tijdelijke’ maatregel (zie kader onderaan) is zowel corporaties als een aantal politieke partijen een doorn in het oog. In de Tweede Kamer tekende zich het afgelopen jaar een meerderheid af voor afschaffing ervan, maar zover kwam het niet. Uiteindelijk werd een motie aangenomen met de strekking dat de heffing flink wordt verlaagd, maar dat daar prestatieverplichtingen van corporaties tegenover staan.
‘Prestatieafspraken Tariefverlaging’
Over die verplichtingen hebben Aedes (de vereniging van woningcorporaties) en demissionair minister Ollongren van Binnenlandse Zaken een aantal afspraken vastgelegd in het document ‘Prestatieafspraken Tariefverlaging Verhuurderheffing’. Naast afspraken over investeringen in nieuwbouw (vanaf 2025: 28.000 sociale huurwoningen per jaar) gaat het vooral om verduurzaming van de woningvoorraad. Zo moeten corporaties de komende drie jaar een half miljard euro extra investeren in de installatie van hybride warmtepompen en pv-panelen in woningen met energielabel D of beter.
CV-ketels vervangen met hybride waterpomp
Onderdeel van die investeringsafspraak is dat cv-ketels die aan vervanging toe zijn in een ‘label A, B, C of D’-corporatiewoning sowieso worden vervangen door een ‘duurzamer alternatief’ zoals een warmtepomp. Uitzondering daarop betreft woningen die binnen vijf jaar worden aangesloten op een warmtenet. Een andere afspraak tussen de minister en Aedes is dat uiterlijk in 2028 alle corporatiewoningen – uitgezonderd monumenten en sloopwoningen – in principe energielabel D of groener hebben. Daarbij geldt wel als voorwaarde dat minimaal 70 procent van de betreffende huurders instemt met maatregelen die voor labelstappen nodig zijn.
bron: warmtepomp.nl