Het vervangen van bestaande cv-ketels door een of meerdere warmtepompen is een effectieve manier om verduurzamingsstappen te zetten binnen utiliteitsgebouwen. Zeker als in 2023 elk kantoorpand minimaal aan Energielabel C moet voldoen.
Rendement is vaak een van de belangrijke criteria waar partijen naar kijken als ze zich oriënteren op de warmtepompenmarkt. “Dat is ook niet zo vreemd”, meent Joachim van den Enden, productmanager commerciële warmtepompen bij Remeha. “Het rendement en de kwaliteit van de warmtepomp vormen samen het besparingspotentieel van het toestel. En energiebesparing is uiteindelijk het uitgangspunt bij verduurzaming.”
Aandacht voor (s)COP
“Warmtepompen hebben energie (elektriciteit) nodig om energie (warmte of koude) te leveren”, legt Van den Enden uit. “Het rendement van een warmtepomp is de verhouding tussen de gebruikte elektriciteit in kilowattuur (kWh) en de geleverde warmte of koude in kWh. Dit wordt uitgedrukt in de Coefficient of Performance (COP); een warmtepomp die voor elke geproduceerde 4 kWh aan warmte 1 kWh aan elektriciteit gebruikt, heeft dus een COP van 4. Omdat de temperatuur van de bron (lucht of water) van invloed is op het COP, fluctueert het COP per seizoen. Om toch een ‘gewogen’ beeld te vormen van het rendement gebruiken veel fabrikanten daarom de Seasonal Coefficient of Performance (sCOP): het gemiddelde COP over een heel jaar. Met de sCOP kun je het rendement van verschillende warmtepompen gemakkelijk vergelijken.”
Meer dan aankoopprijs
Bij het vervangen van verwarmingsinstallaties speelt de aanschafprijs van de nieuwe installatie begrijpelijkerwijs ook een belangrijke rol. Toch is het volgens Van den Enden belangrijk dat gebouwbeheerders en -eigenaren zich niet blind staren op de aanschafkosten van een warmtepomp. “De prijs van een warmtepomp is meer dan alleen de aankoopprijs. Het is minstens zo belangrijk om te kijken naar de sCOP. Hoe hoger die is, hoe minder elektriciteit je nodig hebt en hoe lager de maandelijkse energierekening. Een toestel met een hoger rendement verdient zich dus sneller terug.”
Terugverdienen investering
Met goed onderhoud kan een warmtepomp vijftien jaar of langer meegaan. De gebouweigenaar heeft gedurende de levensduur van het toestel de financiële voordelen van een beter renderende machine. Het is dus verstandig om te kijken naar de total cost of ownership in plaats van enkel de aanschafkosten. Van den Enden geeft aan dat er voor goed renderende warmtepompen diverse subsidies en financiële regelingen zijn om de ‘scherpe randjes’ van een eventueel hogere aankoopprijs af te halen.
Ondersteuning
Ondersteuning bij de keuze en het ontwerp is minstens zo belangrijk om tot het beste resultaat te komen als subsidie of fiscale regeling. “Denk daarbij vooral aan het goed informeren van de klant en het begeleiden van de installateur bij het ontwikkeltraject van het warmtepompsysteem”, licht Van den Enden toe. “Een warmtepompsysteem is namelijk een redelijk specialistisch systeem dat om een zorgvuldig ontwerp en een nauwkeurige installatie en inregeling vraagt. Het is dus van groot belang dat dit van kop tot staart goed wordt geregeld.”
Nieuwbouw en bestaande bouw
Van den Enden geeft aan dat warmtepompen geschikt zijn voor zowel de realisatie van duurzame nieuwbouw als voor de verduurzaming van bestaande utiliteitsgebouwen. “In nieuwe utiliteitspanden waar duurzaamheid een belangrijke rol speelt, zijn warmtepompen essentieel. Je kunt helemaal ‘van gas los’ en ze zorgen mede voor een hogere BREEAM-score van een pand. Maar ook in bestaande utiliteitsgebouwen is de warmtepomp de meest effectieve manier om te verduurzamen. Doordat er in de huidige generatie warmtepompen toestellen zijn die afgiftetemperaturen van 65 graden halen, zijn ze een prima, energiezuinig en milieuvriendelijk alternatief voor de cv-ketel. Met dergelijke warmtepompen kun je ook meteen goed uit de voeten als je hem voor de productie van warm tapwater wilt gebruiken.”