Op 1 januari 2023 moet elk kantoorgebouw -waarvan de oppervlakte aan kantoorfuncties groter is dan 100 m2 en de gebruiksoppervlakte van deze kantoorfuncties 50% of meer van de totale oppervlakte beslaat- minimaal voldoen aan energielabel C. Voldoet het gebouw niet? Dan mag het per 1 januari 2023 niet meer als kantoor gebruikt worden. In 2030 gaan we nog een stap verder, dan wordt iedere kantooreigenaar verplicht tot label A. Heb je deze niet? Dan kun je de deuren sluiten.
Deze labelverplichting is een afspraak in het Energieakkoord uit 2013 en is in het Klimaatakkoord van 2019 nogmaals bekrachtigd. In laatstgenoemd akkoord is vastgesteld dat de Nederlandse gebouwde omgeving in 2050 energieneutraal moet zijn. Werk aan de winkel dus. We spreken senior onderzoeker Jelger Arnoldussen van het Economisch Instituut voor de Bouw.
Wat is het energielabel?
Het energielabel is een maatstaf voor de energetische kwaliteit van de gebouwde omgeving. Bij kantoorpanden met een A-label zijn reeds veel energiebesparende maatregelen genomen. Voor kantoren met label G geldt echter dat nog veel energiebesparende maatregelen mogelijk zijn. Het energielabel is niet alleen een energetische maatstaf. Het zegt indirect ook iets over het comfort in het pand, de maandelijkse energielasten (hoog/laag) en de technische kwaliteit. (bron: rvo.nl)
Het modelkantoor
‘Het EIB heeft samen met ECN in opdracht van het ministerie van BZK onderzoek gedaan naar de gevolgen van het verplichtstellen van een energielabel voor kantoren. BZK wilde, op macro-economisch niveau, weten wat kosten van het verplichtstellen van energielabel C, B of A zijn en welke besparingen deze verplichtstellingen respectievelijk opleveren. In ons onderzoek hebben we gebruik gemaakt van een gemiddeld kantoorpand met drie verdiepingen en een vloeroppervlak van ruim 4.000 m2. Kantoren zijn, anders dan woningen, moeilijk te categoriseren. Kantoren op de Zuidas zijn significant anders dan kantoren in de binnenstad. Ze variëren qua omvang, bouwjaar, bouwstijl en ga zo maar door. Er zijn veel variabelen die ervoor zorgen dat de kantorenmarkt weinig uniform is.’
Een platgeslagen gemiddelde
‘Hoe je tot het in 2023 verplichte label C komt, wisselt dus per kantoorpand. De profielen die we voor het modelkantoor hebben gebruikt, geven een indicatie van de kosten en opbrengsten op macroeconomisch niveau. Zoals gezegd komt een kantoor in veel varianten voor en daarom wisselen de maatregelen per kantoor.’
Wil je labelstappen maken?
Schakel een adviseur in! ‘Eigenlijk geeft ons onderzoek een profiel van hoe een specifiek kantoor er bij verschillende energielabels in de praktijk uit zou kunnen zien en wat je moet doen om dat specifieke kantoor te verbeteren naar energielabel C of A. Voor het in kaart brengen van individuele maatregelen is een specialist nodig. Hij of zij kan verhelderen welk effect de verschillende maatregelen op jouw pand hebben. Wil je labelstappen maken? Dan is het inschakelen van een adviseur aan te raden.’
Jelger Arnoldussen is senior onderzoeker van het Economisch Instituut voor de Bouw. Hij is als projectleider inhoudelijk en procesmatig verantwoordelijk voor beleidsonderzoeken op het gebied van woningbouw, utiliteitsbouw en infrastructuur. En stuurt multidisciplinaire onderzoeksteams bestaande uit onder andere economen, ingenieurs en planologen aan. Daarnaast is hij als senior onderzoeker betrokken bij diverse beleidsonderzoeken. En dan houdt het nog niet op. Jelger coördinator van het team duurzaamheid en circulariteit en het team vastgoed binnen het EIB. Hij werkt tevens als gastdocent op de Universiteit van Amsterdam.
Dragen labels bij aan de verduurzamingsslag om tot een energieneutraal Nederland te komen?
‘Er zijn indicaties dat de labels zelf beperkt bijdragen aan de verduurzaming. Ze zorgen voor bewustwording, maar het is onzeker of eigenaren door het label daadwerkelijk verduurzamingsmaatregelen nemen. Dit is vaak een financieel-economische afweging. De verplichtstelling van label C in 2023 en label A in 2030, draagt wél bij aan de verduurzaming. Overigens is het goed te noemen dat de meeste eigenaren kiezen voor laaghangend fruit. Er wordt doorgaans gekozen voor de meest rendabele maatregelen om tot het gewenste label te komen. Vastgoedeigenaren zijn ondernemers, ze investeren zo efficiënt mogelijk.’
Verschillende regelgevingen van toepassing
‘Nederland kent een veelheid verschillende regelgevingen omtrent de energetische waarde van kantoren. Zo hebben we geconstateerd dat er een overlap is met de maatregelen die vanuit de Wet milieubeheer verplicht worden gesteld. Deze wet verplicht de vastgoedsector om energiebesparende maatregelen uit te voeren wanneer deze zich binnen vijf jaar terugverdienen. Die moét je dus nemen. Een voorbeeldmaatregel is de overstap van tl- naar hf-verlichting. Met een dergelijke maatregel draag je mogelijk ook bij aan de gewenste labelstappen. Dat er verschillende regelgevingen zijn, is op zich al lastig. Maar het wordt nog ingewikkelder, want de verantwoordelijke partijen variëren. Zo moet een vastgoedeigenaar zorgen voor labelstappen -tenminste, wanneer deze zich binnen tien jaar terugverdienen- en is de huurder verantwoordelijk voor het voldoen aan de Wet milieubeheer.’ n
Het rapport Verplicht energielabel voor kantoren van het EIB is terug te lezen via de website van EIB
Wat is het energielabel?
Het energielabel is een maatstaf voor de energetische kwaliteit van de gebouwde omgeving. Bij kantoorpanden met een A-label zijn reeds veel energiebesparende maatregelen genomen. Voor kantoren met label G geldt echter dat nog veel energiebesparende maatregelen mogelijk zijn. Het energielabel is niet alleen een energetische maatstaf. Het zegt indirect ook iets over het comfort in het pand, de maandelijkse energielasten (hoog/laag) en de technische kwaliteit.