Muren van kalk en hennep, cementloos beton en energieopslag via een basaltbatterij: Ecodorp Boekel biedt een kijkje in de toekomst van het bouwen. Maar deze innovaties hebben een keerzijde, want ze zijn moeilijk te financieren. Een samenwerking met verzekeraar Achmea biedt via Centraal Beheer uitkomst aan de verzekeringskant. “Achmea wil niet alleen goed doen voor de klanten en het bedrijf, maar ook wat goed is voor de maatschappij.”
Het was in 2003 dat Ad Vlems met zijn vrouw besloot dat hij duurzamer wilde wonen. Hij betrok andere enthousiastelingen bij de plannen met als uiteindelijk resultaat het Ecodorp Boekel. De burgemeester van die gemeente wilde ruimte bieden aan de innovatieve woonwijk, en inmiddels wonen de eerste mensen in het dorp.
Als initiatiefnemer is Vlems daar uiteraard één van. Hij ervoer al hoe goed de 50-centimeter-dikke kalkhennep muren warmte vasthouden. Zijn huis staat op het zuiden en daar werd het op een zonnige winterse dag 26 graden met de gordijnen dicht, terwijl het vroor. “We moeten de woningen dus nog wel wat tweaken”, aldus Vlems. Het plan is om luiken toe te voegen. Op die manier wil hij voorkomen dat het in de zomer nog veel heter wordt in de woning. En de luiken beschermen tegen stormen.
Experimenteren en innoveren zijn onlosmakelijk verbonden met het ecodorp. Mensen die hier willen wonen moeten daarom ook vooraf een contract tekenen dat zij akkoord gaan met tests van innovaties. Niet verwonderlijk dus, dat Vlems in een video-call een half uur aan één stuk door kan praten over de bijzonderheden van het dorp.
Innovaties in een duurzame woonwijk
Ecodorp Boekel is bijvoorbeeld niet aangesloten op het riool. In plaats daarvan zuiveren bewoners het afvalwater in de wijk zelf. “Bij extreme droogte gaat er bij ons elke dag nog steeds 9.000 liter water de bodem in. In elke andere wijk gaat het grondwater omlaag, bij ons blijft het gelijk.” Dat komt doordat zij het water niet via het riool wegspoelen, maar letterlijk op locatie zuiveren met behulp van een helofytenfilter. Dat is een filter dat met behulp van planten afvalwater zuivert tot een kwaliteit die onschadelijk is voor het milieu. Daarnaast vangen de bewoners zoveel mogelijk regenwater op, wat ze gebruiken voor wasmachines en het doorspoelen van de toiletten. Naast wateropslag doen ze aan energieopslag. Daarvoor gebruiken ze de innovatie van Cees van Nimwegen: hij ontwikkelde een batterij waarbij warmte wordt opgeslagen in basalt-gesteente.
Bekijk in deze infographic hoe die basaltbatterij werkt.
Circulaire economie
Het ecodorp innoveert ook met een circulaire elektriciteitskabel van kabelwereldleider Prysmian. Huidige stroomkabels kunnen na hun levensduur alleen nog verbrand worden om het metaal eruit te halen. De kabel die Prysmian ontwierp kan daarentegen makkelijk gestript worden, waardoor alles klaar is voor hergebruik. De kabel bestaat bijvoorbeeld uit één soort PVC-afvalplastic in plaats van meerdere soorten plastic. Dat maakt het veel makkelijker om het materiaal her te gebruiken.
Omdat de kabel innovatief is, is hij nog niet helemaal gekeurd en gecertificeerd. Kortom, hij voldoet niet aan alle richtlijnen. Voor het kabelbedrijf biedt de samenwerking met Ecodorp Boekel uitkomst, want vanwege het innovatieve karakter van het dorp mag de kabel daar wel gebruikt worden.
Het is niet de enige plek waar circulariteit in het dorp terugkomt; ook bij de bouwmaterialen is erop gelet. Zo maken de huizen gebruik van cementloos beton. Dat beton bestaat uit zand en grind dat eerder als asfalt werd gebruikt, en wordt gebonden met afval uit hoogovens. Daarnaast staan de huizen op glasschuim, een restproduct van glasrecycling.
Tot slot is er aan de natuur gedacht. Zo is er in overleg met vleermuiswerkgroep Brabant, de vlinderbescherming en Nederland Zoemt bepaald welke vleermuis-, vlinder- en bijensoorten extra bescherming nodig hebben en goed gedijen in een woonwijk. In een biodiversiteitsplan staat opgeschreven op welke tien diersoorten het ecodorp extra gaat letten. “Provincie Brabant was zo enthousiast over ons biodiversiteitsplan dat we, als het klaar is, worden aangesloten bij het natuurgebied naast ons. Dan worden wij onderdeel van het natuurnetwerk van Nederland. Dat is natuurlijk uniek: als een woonwijk ineens een natuurgebied wordt.”
‘Elke innovatie is een risico’
Met al die innovaties bleek financiering lastig. Zo herinnert Vlems zich een reactie die hij kreeg toen hij op uitnodiging van een aantal banken en fondsen zijn plannen presenteerde. “Elke innovatie is een hoger risico, want we kunnen niet berekenen wat de gevolgen zijn van die innovatie”, vertelde één van de bankmedewerkers hem. Dat betekende dat Ecodorp Boekel hoge hypotheekrentes zou moeten betalen. Maar dat was onmogelijk, legt Vlems uit. “We bouwen sociale huurwoningen, dus wij kunnen ons geen hoge rente veroorloven.” Uiteindelijk bood een Duitse bank met ervaring op het gebied van woongemeenschappen uitkomst door financiering aan te bieden.
Michiel Delfos, directeur Schade en Inkomen bij Achmea, herkent de ervaring van Vlems. “Wij merken ook dat het verzekeren van innovaties, net als het geven van kredieten voor innovaties, moeilijk is. Juist omdat het nieuw is. Daardoor weet je niet welke risico’s daaraan vastzitten.”
Ondanks deze onbekendheid besloot Achmea wel te verzekeren. Alle machines, leidingen en woningen zijn door Achmea verzekerd. “Je kunt er angstig inzitten en het daarom niet doen, maar je kunt er ook voor kiezen om een pilot aan te gaan, omdat het bijdraagt aan duurzaamheid. Daar hebben wij voor gekozen en we denken dat we er uiteindelijk ook heel erg van leren en daardoor een stapje voorlopen in de nieuwe wereld.”
Het effect van een mandarijnenschil
Achmea levert niet alleen verzekeringen, maar experimenteert ook mee. Zo doet Zilveren Kruis een proef met instrumenten die de luchtkwaliteit in de woningen meten en waar een alarmbel afgaat als er schadelijke stoffen in de lucht zitten. “Op een gegeven moment ging dat apparaat af. Wat bleek? Een kindje was een mandarijn aan het pellen. In de schil zitten gifstoffen en dat merkte het apparaat op”, vertelt Delfos.
Daarnaast denken de experts van de verzekeraar mee over de veiligheid van verschillende innovaties. Bijvoorbeeld over de basaltbatterij. Misschien moet er bij wijze van spreken wel een slotgracht omheen als brandbeveiliging. Alles is nu nog denkbaar.
Het voordeel van vroeg instappen
“Als je in een vroeg stadium aanhaakt en meedenkt, dan leer je ook de risico’s kennen”, verklaart Delfos deze stap van de verzekeraar. “Dat is ook nuttig als Achmea in de toekomst vaker dit soort initiatieven wil verzekeren.” Ook kan deze ervaring direct leiden tot nieuwe producten of diensten. Een bestaand voorbeeld daarvan zijn de groene daken van Interpolis. De groene dakbedekking zorgt voor minder waterschade, is goed voor de biodiversiteit en het dak eronder gaat ook nog eens langer mee. De ondernemers die de sedum-daken leggen, kan Achmea weer verzekeren. “We kijken of we met Ecodorp Boekel ook kunnen experimenteren met dienstverlening die we later groot kunnen uitrollen.”
Instappen bij een project als Ecodorp Boekel sluit aan bij de rol die Achmea voor zichzelf ziet als coöperatief bedrijf, benadrukt Delfos. “Wij staan midden in de samenleving. Dat betekent dat we tegen onszelf hebben gezegd dat we niet alleen goed moeten zorgen voor de klanten en het bedrijf,maar ook voor de maatschappij.”
Het is zijn persoonlijke overtuiging dat een bedrijf dat niet midden in de maatschappij staat uiteindelijk niet succesvol kan zijn. “Daarom moet je ook de strategie niet vanuit jezelf bedenken, maar vanuit jouw positie in de samenleving.” De verzekeraar heeft drie duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties gekozen waar het extra aandacht aan besteedt en die intrinsiek aansluiten bij de rol van een verzekeraar: gezondheid, veiligheid en klimaat. Deze thema’s komen terug bij het ecodorp, maar ook bij andere projecten.
“De kracht van Ecodorp Boekel is de kleinschaligheid, het experimenteren en het innoveren. Ik denk dat het onze kracht is om ontwikkelingen groter en bekender te maken; we hebben 10 miljoen klanten en daarmee een groot bereik. Ik weet nog niet precies hoe of wat, maar ik weet wel dat er ongetwijfeld mooie en nieuwe samenwerkingen uitkomen.”