Voor eigenaren van zonnepanelen was 2020 wederom een zeer goed jaar. De opbrengst is bijna 8 tot 18 procent hoger dan verwacht, laten berekeningen van de Universiteit Utrecht zien. Het is opvallend dat regionale verschillen lijken op de normale regionale verschillen, terwijl dat in 2018 heel anders was.
“Een warmterecord is eigenlijk geen goed nieuws voor zonnepanelen. Hoewel het ook zeer zonnig was in 2020, leidt de recordwarmte tot een wat lager rendement van de zonnepanelen, en helaas geen opbrengstrecord zoals in 2018 het geval was”, zegt Wilfried van Sark, hoogleraar Integratie van zonne-energie aan de Universiteit Utrecht. “Want een heet zonnepaneel presteert niet optimaal. Een koude dag in mei is wat dat betreft eigenlijk gunstiger.”
Gedurende 2020 brachten zonnepanelen vergeleken met het door KNMI gehanteerde langjarig gemiddelde van 1981 tot 2010 bijna acht tot achttien procent meer op, afhankelijk van de locatie in Nederland. De landelijk gemiddelde meeropbrengst in 2020 t.o.v. 1981-2010 is 12.6% procent. Dat is meer dan in 2019, het was toen 9.5%, maar minder dan het recordjaar 2018 toen gemiddeld 16.8% werd bereikt.
Voor de berekening van de energieopbrengst gebruikten onderzoekers Nick Nortier en Wilfried van Sark van de Universiteit Utrecht gegevens van het KNMI van alle meetstations in Nederland, en gingen zij uit van een optimaal georiënteerd zonnepaneelsysteem. In De Bilt was de berekende opbrengst 1054 kWh/kWp, dat wil zeggen dat een systeem bestaande uit 10 zonnepanelen van 300 W een opbrengst heeft van 3162 kWh per jaar, ongeveer de elektriciteitsvraag van een gemiddeld huishouden. In Herwijnen zou dat 1135 kWh/kWp zijn (17.6% meer dan normaal) en in Berkhout 1060 kWh/kWp (7.7% meer dan normaal). Vlissingen kent ook dit jaar de hoogste opbrengst van 1192 kWh/kWp in 2020, 15.6% meer dan normaal.
Hoewel in het hele land de opbrengst hoger was, profiteerde vooral het Zuiden. In 2019 was dat vooral het Zuidoosten, maar in het recordjaar 2018 het Oosten. In 2020 en 2019 zijn de regionale verschillen veel minder groot dan in het recordjaar 2018. Normaliter hebben locaties aan de kust een hogere opbrengst.
Statistiek
Voor de bepaling van de bijdrage van zonne-energie in Nederland aan de elektriciteitsvraag (afgelopen jaar bijna 5%) gebruikt het CBS een kental van 875 kWh/kWp: de gemiddelde opbrengst van een goed functionerend zonne-energiesysteem in Nederland, gebaseerd op de situatie in 2014. Hierbij wordt ook uitgegaan van het gemiddeld opgesteld vermogen zonnepanelen in een bepaald jaar. Gezien de ontwikkeling van zonne-instraling in de recente jaren maar ook door de technologische ontwikkeling van zonnepanelen zou dit kental omhoog bijgesteld moeten worden. “Maar, omdat zonnepanelen meer en meer geïnstalleerd worden op niet-optimale wijze, zoals gericht naar het westen of oosten onder een kleine hoek, is één kental niet correct meer”, aldus Wilfried van Sark, “en zou je moeten differentiëren naar regio en naar manier van installeren.”